Ga naar hoofdinhoud

Een jaartje geleden was ik met mijn broer in het Louwman museum, een automuseum tussen Den Haag en Wassenaar, met ’s werelds oudste privécollectie. Wat ons opviel was dat de elektrische auto (na de stoomauto) één van de oudste auto’s is. De Nederlandse domineeszoon, hoogleraar en uitvinder, Sibrandus Stratingh (1785-1841) bouwde, mogelijk als eerste ter wereld, een schaalmodel. Binnen 70 jaar na zijn dood, in 1909, reden er zo’n 10.000 elektrische auto’s rond. Olie als goedkope brandstof voor de benzine en dieselmotor heeft de elektrische auto bijna een eeuw lang verdrongen. Inmiddels is olieschaarste een definitief en groeiend probleem. Er wordt naarstig gezocht naar andere manieren om onze voertuigen aan te drijven.

Zo ontdekte ik onlangs dat de Fransman Guy Negre bezig is een auto te ontwikkelen die op lucht rijdt. Dit lijkt letterlijk luchtfietserij, totdat je leest wat hij doet. We hebben veel gereedschap dat draait op perslucht. De monteur draait bijvoorbeeld wielmoeren los met een slagmoersleutel op perslucht. Deze Franse uitvinder moet gedacht hebben, dat je zo ook een auto kunt aandrijven als je maar een hogedruk-persluchttank hebt met heel veel lucht. Een persluchttank als vervanger voor de elektrische accu en een persluchtmotor als vervanger voor de elektromotor. Inmiddels rijden er al zulke auto’s rond in Frankrijk en kan het Louwman Museum aan de slag voor een nieuwe aankoop.

Maar wat heeft een persluchtauto, zo kort na Pasen, nu met een Hagenpreek te maken? Natuurlijk de zorg voor het milieu, gewone lucht uit je uitlaat is perfect. Maar het gaat me ook om de betekenis van lucht. Toen God de mens schiep, zo luidt het scheppingsverhaal, blies Hij hem zijn adem in. Dat staat niet geschreven bij de schepping van de dieren. Het is voor mij als een Bijbelse beschrijving van de grootste stap in de evolutie: de mens krijgt bewustzijn. Hij of zij ademt Gods adem en God heeft die bewust ingeademd.

Die adem betekent als Bijbels beeld méér dan alleen zuurstof inhaleren om het motortje van ons lichaam en ons brein op gang te houden. Die adem is onze relatie met God. Tegen Nicodemus zegt Jezus: “De wind blaast waarheen hij wil; gij hoort wel zijn gesuis maar weet niet waar hij vandaan komt, en waar hij heengaat; zo is het met ieder die geboren is uit de Geest (Joh. 3,8).” Van Jezus mogen we leren, dat leven meer is dan lucht ademen; we moeten zijn Geest ademen.

Op de tweede zondag van Pasen horen we dit letterlijk: “Na deze woorden blies Hij over hen en zei: ‘Ontvangt de heilige Geest. Als gij iemand zonden vergeeft, dan zijn ze vergeven, en als gij ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven (Joh. 20, 22)’.” Het is alsof Johannes de schepping van de nieuwe mens beschrijft. Een mens die leeft van Gods vergevende liefde en daardoor zelf kan vergeven. Een mens die, de Geest, Gods Adem ademt, in persoonlijk en gemeenschappelijk gebed. Of het ooit echt wat wordt met die persluchtauto, we wachten het af. Of het wat wordt met de mens, met u en mij, hangt af van of wij goed Ademen. Of wij echt vooruit gaan, hangt af van of wij Hem volgen. Zijn Geest houdt ons gaande.

Pastoor Michel Hagen

Back To Top