Ga naar hoofdinhoud

Vandaag zien we in de lezingen twee weduwen. Zij durven het aan om een stap te zetten in geloof. Die stap heeft Christus gezet toen Hij zijn leven gaf aan het kruis.

Eucharistieviering in de parochie van de H. Augustinus, in de kerken van de St Jozef (Wassenaar), de H. Joannes de Doper (Katwijk) en de H. Willibrord (Oegstgeest), weekeinde van 10 en 11 november 2018, om 19.00, 09.30 uur en 11.00 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: B2018DHJ32B

Lezingen

E.L: 1 Koningen 17, 10- 16
Psalm: Ps. 146 (145), 7, 8-9a, 9bc-10
T.L: Hebreeën 9, 24-28
All. Vers. Apokalyps 2, 10c
EV: Marcus 12, 38-44 of 41-44

Homilie

Wat zou u doen? In de oorlog hebt u nog het laatste restje olie en meel. Amper genoeg voor jullie zelf. Er staat een monnik voor de deur die zegt: “Maak eerst maar een broodje voor mij. Daarna kan je voor jezelf en je zoon zorgen”.

Wanneer ik aan een gemiddelde Nederlander denk dan zou de reactie niet onvriendelijk zijn maar waarschijnlijk toch ongeveer zo klinken. “Beste monnik, zullen we het omkeren? Dat ik eerst een broodje voor mijn zoon en voor mezelf maak en als er nog iets over is, maak ik er ook een voor u”.

Toch hoor ik nog steeds verhalen over de oorlog waarbij mensen die weinig hadden, altijd bereid waren nog te delen met hen die het nog minder hadden. Misschien klopt het gezegde: “Armoede maakt gul, rijkdom maakt gierig”.

Maar we vergeten iets. Toen Elia met deze weduwe in Sarefat sprak, gaf hij een profeten-woord, die een belofte inhoudt: “Want zo zegt de Heer, de God van Israël: ‘De pot met meel raakt niet leeg en de kruik met olie niet uitgeput totdat de Heer het weer laat regenen’.” Deze vrouw is een gelovige vrouw en ze herkent en erkent het woord van de profeet. Maar bovenal gelooft ze dat God barmhartig is en dat dat God haar edelmoedigheid niet zal vergeten. Ze durft het aan om deze stap in het geloof te zetten.

Deze lezing staat natuurlijk niet voor niets gecombineerd met het Evangelie van de arme weduwe. Misschien heeft Jezus wel aan de weduwe bij Sarefat gedacht, toen Hij deze weduwe zag.

Over die weduwe die twee kopersukken met de waarde van één cent in de offerkist doet, kan je dezelfde vraag stellen. Is dat niet een soort vermetel vertrouwen. Zou de gemiddelde Nederlander in onze tijd dat ook doen. Je bent niet verplicht om iets in de offerkist te doen. Zoals je ook niet verplicht bent iets op de collecteschaal te doen, of mee te doen met de actie Kerkbalans. Wanneer je in de maatschappij je belasting niet betaalt, of je huur of gas en licht niet betaalt, dan eindig je echt in de gevangenis of in de kou. Bij God niet, bij zijn Kerk ook niet. Bij God gaat het om een liefdesplicht, je doet het uit liefde. Liefde maakt gul, liefde zet je aan tot goede daden, liefde helpt je om jezelf en je eigenbelang te overwinnen.

Toch is liefde hier niet genoeg. Er is ook vertrouwen nodig. De weduwe van Sarefat vertrouwde het woord van Elia, maar ze vertrouwde nog mee op God. Eigenlijk is het niet zozeer het woord van Elia dat zij vertrouwt, ze herkent het, ze beseft: ‘Ja, zo is God, zo ken ik God, dankjewel voor je woord, je komt als door God gezonden’.

Dat geldt voor die weduwe bij de offerkist hetzelfde. Zij geeft aan God. Zij geeft wat ze heeft. Ze geeft uit liefde, en of het de laatste cent is, maakt haar niet uit, voor God heeft ze haar laatste cent over. Uit liefde geef je méér. Zo kan Jezus zeggen: “Voorwaar, Ik zeg u: die arme weduwe heeft het meest geofferd van allen die iets in de offerkist wierpen …”

Je zou deze lezingen kunnen gebruiken in de tijd van de actie Kerkbalans of om de collecte aan te moedigen. Toch is dat niet de bedoeling. Dan gebruik je een Schrifttekst om de inkomsten te verhogen. Nee het werkt andersom. Ook als parochie moeten we vertrouwen, zowel op Gods goedheid als op de goedheid van de parochianen. Het doel is niet een hogere bijdrage van de collecte of de actie Kerkbalans, het doel is meer liefde voor God en de naaste. Wanneer die liefde groeit, dan komt niemand iets te kort, dan zorgt de liefde dat er overvloed is voor iedereen.

Zo was het ook met Christus. In de tweede lezing hoorden we een meditatie uit de Hebreeënbrief over het offer van Christus. Jezus gaf zijn leven uit liefde voor God en de mensen. Hij gaat nog verder dan deze weduwe, Hij gaf niet iets, Hij gaf zichzelf, totaal. Jezus herkent in deze weduwe de liefde die Hij kent van zijn hemelse Vader; dezelfde liefde waarmee Hij ons liefheeft. Deze weduwe met haar twee koperen muntjes ontroert Hem. Haar gebed komt rechtstreeks bij God binnen. Zij is rijk bij God, méér nog, ze heeft een schat opgebouwd in de hemel. Zij vindt er vreugde in te geven. Het offer kost haar veel, het is alles wat ze bezit, en toch valt het haar licht, want ze geeft het aan God.

Wanneer wij geven lastig vinden, wanneer we meteen aan het rekenen slaan, wanneer we berekenend worden, dan kan het zijn dat we te rijk zijn met aardse rijkdom. “Armoede maakt gul, rijkdom maakt gierig”.

Moet je dan ook niet verstandig zijn. Zou het echt zo zijn dat God dit van je vraagt? Moet er dan nog een kwastje goudverf bij in de tempel, terwijl die arme weduwe honger lijdt? Dat zijn onze redeneringen. De priesters van de tempel moeten oog hebben voor deze vrouw en ook de buren. Daarover zegt Jezus: Armen hebt gij altijd in uw midden en gij kunt hun weldoen wanneer ge maar wilt (Marcus 14, 7a). Liefde overstijgt de berekening. Zo kan de arme geven aan God en kunnen wij geven aan de armen. Daarmee ontstaat een hemelse economie waarin de liefde de drijfveer is, tegenover de hebzucht die de grote motor is van de aardse economie. Zo groeit Gods Koninkrijk. Amen.

Voorbede

Wij bidden tot God die ons in zijn liefde alles geeft.

Wij bidden voor Gods Kerk, wereldwijd, dat zij mag zijn als de weduwe die bereid is alles te geven, vragen wij dat alle gelovigen groeien in vertrouwen op God en in belangeloze liefde die gul maakt naar God en de naaste. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze wereld, dat er een nieuwe economie mag ontstaan waarin niet de hebzucht de motor is maar het belang van mensen, dat er een nieuwe ethiek in de economie mag komen die uitbuiting en ongelijkheid overwint. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze parochie en parochiekernen, dat de onderlinge solidariteit mag groeien, niet alleen in de eigen kring, maar ook naar vluchtelingen en mensen die we niet vanzelf zouden opzoeken. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen; dat we elkaar steunen in een mentaliteit waarin we onszelf geven, in tijd en aandacht, om die innerlijke vrijheid waardoor we niet vastzitten aan het aardse bezit. (Laat ons [zingend] bidden):

Intenties

Back To Top