Ga naar hoofdinhoud

Durf te gaan staan op de schouders van hen die in het verleden hebben getoond wat ze waard zijn, heiligen, kerkleraars, mannen en vrouwen.

Eucharistievieringen in de parochie van de H. Bartholomeus te Poeldijk, weekeinde van 7 en 8 november 1998, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: C1998HWILLC

Lezingen

EL: Jes. 52, 7-10
TL: Hebr. 13, 7-9. 15-17
EV: Mk. 16, 15-20

Homilie

Gedenk uw leiders die u het eerst het Woord van God verkondigd hebben. Dat doen we vandaag op Willibrordzondag. Iemand gedenken die een echte leider was, die zo leiding heeft gegeven dat zijn werk nu nog door gaat. Of moeten we zeggen: het was niet zijn werk, het was Gods werk?

Het is de eerste zin van de tweede lezing: Broeders en zusters, gedenk uw leiders die u het eerst het Woord van God verkondigd hebben. Haalt u weer hun leven en de afloop van hun leven voor de geest.

Deze lezing hebben we verleden jaar ook gebruikt, toen we pastoor Verburgh herdachten. Iets dichterbij dan Willibrord, 350 jaar geleden begon hij min of meer opnieuw. Niet dat het geloof toen verdwenen was, maar de kerk was hopeloos verdeeld en de gelovigen dwaalden rond als schapen zonder herder.

Anno 700, anno 1647, anno 2000. Een andere tijd, andere mensen en toch lijkt het allemaal op elkaar. Deze week heb ik in de “Poeldijker” een bijdrage geschreven over het kerkbezoek in onze parochie. De trend zet zich door, het aantal kerkbezoekers blijft langzaam maar zeker dalen. Wanneer we dat vergelijken met de tijd van Willibrord lijkt het misschien heel anders maar het scheelt niet zoveel.

Wat weten we nog van hem? Aardig wat. Er is een levensbeschrijving bewaard gebleven. Natuurlijk een levensbeschrijving in de stijl van de heiligenlevens in die tijd. Maar daar kom je toch heel wat door te weten.

Hij gaat als kind naar school bij de monniken, daar groeit zijn geloof en zijn roeping. Hij wordt zelf monnik. Als op een goed ogenblik een van de paters in het klooster terugkeert uit Nederland, het land van de Friezen, teleurgesteld omdat zijn missie vruchteloos bleef, rijpt in Willibrord de gedachte deze kant op te gaan. Hij wordt ervoor gevraagd en hij krijgt medebroeders mee. Na veel moeite, voorzichtigheid maar ook met een enorm doorzettingsvermogen slaagt hij in zijn missie. Hij trekt van het ene gebied naar het andere, bouwt kerken, geeft kennis door en hij verkondigt het Evangelie met zo’n vuur dat het aanstekelijk werkt naar iedereen.

Hoe komt het dat zijn werk het wel redde en niet dat van zijn voorganger (later ook heilig verklaard)? Was de tijd nog niet rijp, organiseerde Willibrord beter, of moest de een ploegen en de ander zaaien en oogsten? Het maakt niet zoveel uit. Dankzij hun werk hebben wij in onze streken het geloof leren kennen en is hier gaandeweg een Christelijke cultuur gegroeid.

Vandaar de tekst van die tweede lezing: Broeders en zusters, gedenk uw leiders die u het eerst het Woord van God verkondigd hebben. Haalt u weer hun leven en de afloop van hun leven voor de geest. Dat advies is de moeite waard. Gedenken, weer voor de geest halen. Tijd maken om stil te staan bij het verleden, om daaruit te leren en vervolgens weer stappen te zetten naar de toekomst.

Denkt u nog wel eens aan mensen, dierbaren, die overleden zijn en waaraan u veel te danken hebt? Dat is gedenken. Misschien uw vader en moeder, of, als zij nu nog leven, uw grootouders of anderen? Zijn dat niet dikwijls momenten waarop u beter begrijpt waarom zij sommige dingen toen zus of zo deden. Ook dat is een vorm van gedenken. Wat we ook zondag met Allerheiligen en maandag met Allerzielen deden.

Het kunnen belangrijke momenten zijn. Er is ruzie in het bedrijf, spanning in het gezin. Jaren geleden is je vader overleden en nu denk je: hoe zou hij dat gedaan hebben. Je neemt er even de tijd voor, je loopt wat, je laat je gedachten gaan en stukje bij beetje krijg je een zekerder gevoel, ja zo zou hij het gedaan hebben. Zo deed hij het toen ook met mij, hij nam me mee voor een wandeling en een persoonlijk gesprek en hij wist het zo te sussen dat er weer redelijk gepraat kon worden.

In onze tijd vragen mensen zich weleens af: heb ik het nu verkeerd gedaan. Mijn kinderen gaan niet meer naar de kerk. Over geloof hoef ik niet te beginnen, dan zeggen ze: ho maar, dat weten we al, ander onderwerp.

Misschien is het niet zo zinvol om je af te vragen: heb ik het niet goed gedaan, om daarna met een schuldcomplex te blijven zitten. Misschien kun je beter zeggen: het is ergens fout gegaan, misschien door mijn schuld of door die van anderen, dat verander je niet meer, maar kunnen wij iets van Willibrord en die andere groten leren? Zoals je je afvraagt hoe zou vader of moeder, of anderen dit of dat gedaan hebben, om met hun wijsheid en levenservaring nu verder te gaan.

Als we iets van hen willen leren is dit misschien van belang. Willibrord begint niet alleen, maar met elf andere monniken aan deze missie. Niet alleen, maar samen. Zij versterken elkaar. Alle talenten zijn nodig. En: hij durft ook in de traditie en de lijn van de Kerk te gaan staan. Wetend dat in die Kerk Jezus doorgaat. Hij wordt bisschop gewijd en krijgt een zending van de paus. Vanaf die tijd zal de band tussen Rome en Utrecht een hechte band blijven.

Als wij in onze dagen de fakkel van het geloof willen doorgeven, dan vraagt dat eenzelfde aanpak. Ik noem een viertal punten:

1. Geen alternatieve kerk, niet los van Rome, geen ander Evangelie of andere liturgie. De waarheid vraagt wel nieuwe vertaling en vormen, maar blijft in zich steeds dezelfde.
2. Het vraagt ook dat we samenwerken. We ervaren het overal, alleen samen kom je verder, alle talenten zijn nodig.
3. Neem ook ieders ervaring serieus, ga ervan uit dat iedereen iets met God heeft, en bouw daarop voort. Ik zie hoe goed dat werkt in de Alpha cursus. Mensen met allerlei vragen en gedachten raken met elkaar in gesprek. Juist door samen te denken, te praten en later ook te bidden, groeit het geloof.
4. Tenslotte: durf te gaan staan op de schouders van hen die in het verleden hebben getoond wat ze waard zijn, heiligen, kerkleraars, mannen en vrouwen. Dat is wijsheid.

Wij gedenken Sint Willibrord en ik hoop dat we af en toe tijd maken om meer te gedenken. Waardevolle leiders gedenken, hoe ze baden, hoe ze werkten, hoe ze zich inzetten voor God en de mensen. En, misschien klinkt het wat parmantig: wat zij konden, kunnen wij toch ook. Hun voorbeeld stimuleert ons, hun wijsheid inspireert ons, en hun voorspraak bij God geeft ons kracht om in onze tijd met hun en Gods werk door te gaan. Amen.

Back To Top