Ga naar hoofdinhoud

Zolang we nog niet tussen de varkens zitten en honger lijden, leven we met ons hoofd in de “cloud” en denken we dat we het met techniek wel oplossen; zonder te beseffen dat niet de techniek het probleem is, maar onze moraal.

Eucharistieviering in de parochie van de H. Augustinus, in de kerk van de H. Willibrordus (Oegstgeest), 6 maart 2016, om 11.00 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Eucharistieviering beluisteren (MP3)

Preek beluisteren (MP3)

Preek: C2016QDR04CAUFX

Lezingen

E.L: Jozua 5, 9a. 10-12
Psalm: 34 (33) 2-3, 4-5, 6-7
T.L: 2 Korinte 5, 17-21
All: Lucas 15,18
EV: Lucas 15, 1-3. 11-32

Homilie

Een erfenis kan dodelijk zijn voor de onderlinge verhoudingen. We hebben kort geleden de gelijkenis nog gehoord van de onrechtvaardige pachters. Ze vermoorden de zoon, “want,” zo zeggen ze, “Dat is de erfgenaam; laten we hem vermoorden, dan zal de erfenis voor ons zijn. (Lukas 20,9-19)” Zo kwam er ooit iemand naar Jezus toe met de opmerking: “Meester, zeg aan mijn broer, dat hij de erfenis met mij deelt.” Daarop antwoordde Jezus: “Man, wie heeft Mij over u beiden tot rechter of bemiddelaar aangesteld?” … “Pas op en wacht u voor alle hebzucht! Want geen enkel bezit, al is dit nog zo overvloedig, kan uw leven veilig stellen. (Lucas 12,13-15)” Een erfenis kan dodelijk zijn voor de onderlinge band.

Dat horen we ook vandaag in de gelijkenis van de verloren zoon. Echter, voordat we ingaan op die verloren zoon, wil ik kijken naar de oudste broer en de vader. Je zou deze gelijkenis ook die van de Barmhartige Vader kunnen noemen of die van de koppige oudste zoon. Dat zien we aan het slot, want daar is de wereld omgekeerd. Was eerst de jongste zoon buiten, en de oudste zoon binnen, aan het slot is de oudste zoon buiten terwijl de jongste zoon binnen is. Maar wat de vader voor de jongste zoon over had, hij ging naar buiten en stond op de uitkijk, dat heeft hij ook over voor de oudste zoon, als de oudste niet naar binnen komt, komt de vader naar buiten.

Het gesprek tussen de vader en de oudste zoon is tekenend voor de onderlinge verhoudingen. De oudste is vol verwijten, hij zegt: “En nu die zoon van u is gekomen die uw vermogen heeft verbrast met slechte vrouwen, hebt ge voor hem het gemeste kalf laten slachten.” De vader gaat echter niet in op het geld of bezit dat verloren is, of het morele gedrag van de jongste zoon, maar op dat éne woord: “Die zoon van u”. Daarmee drukt de oudste broer uit dat hij de jongste niet meer als broer kan zien. Hij lijkt op zo Adam die ooit tegen God zei: “De vrouw die Gij mij als gezellin gegeven hebt, zij heeft mij van die boom gegeven, en toen heb ik gegeten. (Genesis 3,12)” Daarmee nam Adam afstand van Eva, maar legde ook de schuld bij God. Zo klinkt hier het verwijt van de oudste niet alleen naar de jongste, maar ook naar de vader: “Die zoon van u”.

Daarom reageert de vader met: “… die broer van je was dood en is levend geworden, hij was verloren en is teruggevonden.” Wat is erger voor een vader en moeder dan dat de kinderen niets meer met elkaar te maken willen hebben. Andersom, hoe kunnen ouders genieten als het gezin bij elkaar is en iedereen op een goede manier met elkaar omgaat.

Nu vertelt Jezus deze parabel aan Farizeeën en schriftgeleerden die mopperen: “Die man ontvangt zondaars en eet met hen.” De boodschap is tot hen gericht. De vraag is daarom, wie zijn zij in deze parabel? Zij zullen zich meteen herkend hebben in de oudste zoon. Zij zijn trouw aan de Wet van Mozes, zij bezoeken de tempel, zij onderhouden de vastenwetten en onderhouden de sabbat. De jongste zoon, dat zijn de zondaars, met wie Jezus de maaltijd deelt. In latere tijden is de vergelijking ook wel getrokken tussen Israël en de heidenen, met Israël als de oudste en de heidenen als de jongste zoon. Dat maakt ons bewust dat deze parabel op veel meer situaties toepasbaar is.

Van de oudste zoon en de vader nu naar de jongste zoon. Zo af en toe wordt de huidige generatie wel vergeleken met die jongste zoon. Weggelopen uit de kerk, weg van het huis van de Vader, het geluk zoeken in een leuk leven, daarbij je bezit, de erfenis, deze aarde, natuur en milieu verkwisten, eindigen in milieuproblemen en hongersnood. Ooit komt het moment van bezinning, dat is al begonnen. Maar deze moderne zoon, dit Rijke Westen is nog niet zover dat het bewustzijn doorbreekt dat we terug moeten keren naar die Vader en naar de moederkerk. Dat er schuld erkend wordt. Zolang we nog niet tussen de varkens zitten en honger lijden, leven we met ons hoofd in de “cloud” en denken we dat we het met techniek wel oplossen; zonder te beseffen dat niet de techniek het probleem is, maar onze moraal.

Tegelijk zijn wij hier soms als die oudste zoon. Zien wij de vluchtelingen nog wel als onze broeders en zusters. Wanneer onze rijkdom en rust en veiligheid in het gedrang komt, zijn we dan niet net zo zuur als die oudste zoon.

In deze parabel is nog een zoon aanwezig, de éne Zoon, Jezus. Hij is met recht de oudste, de eniggeboren Zoon van de Barmhartige Vader. Hij is echter een heel andere oudste zoon; Hij is op zoek gegaan naar die verloren jongste zoon. Hij is niet in het huis van de Vader gebleven, veilig en wel; Hij is zelf als een verloren zoon geworden, uiteindelijk hangend aan een kruis, om heel deze verloren generatie terug te brengen naar de Vader, die halsreikend uitziet naar de dag dat zijn verloren kinderen terugkeren naar zijn huis.

Tot slot nog iets opmerkelijks. Die jongste zoon, zag eigenlijk zijn oudste broer ook niet staan. Hij zegt wel sorry tegen zijn vader, maar je hoort van hem niet een voornemen om ook sorry tegen zijn broer te zeggen. Wat dat aangaat hebben we als Kerk, als Westerse Wereld, als overheden en als machtsblokken nog een hele weg van verzoening te gaan.

Wie weet breekt ooit de tijd aan waarin de volken elkaar erkennen als broers en zussen, religies elkaar vinden in wat ons allen bindt, en barmhartigheid de bindende schakel zal tussen alle mensen. Amen.

Voorbede

Bidden wij in deze veertigdagentijd tot de Barmhartige Vader.

Wij bidden voor alle gelovigen die zich herkennen in de oudste zoon, dat zij van de Vader mildheid en barmhartigheid leren. Voor allen die zich herkennen in de jongste zoon, dat zij hun fouten erkennen en terugkeren. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor de samenleving, om innerlijke vrijheid tegenover geld en bezit, tegenover erfenissen en bonussen, dat materieel bezit mensen niet uiteendrijft, maar hen stimuleert tot gulheid en zorgzaamheid, dat familiebanden gekoesterd en onderhouden worden. (Laat ons [zingend] bidden):

(Oegstgeest)
Wij bidden voor onze parochiegemeenschap, bijzonder voor het dameskoor met dirigent en organist, dat zij nog veel vreugde mogen beleven, hier wanneer zij zingen tot Gods eer en wekelijks bij de repetities, dat hun onderlinge band voor allen weldadig mag blijven. (Laat ons [zingend] bidden):

(Andere kerken)
Wij bidden voor onze parochiegemeenschap, dat de zorg om het materiële ons niet afleidt van waar het om gaat, een liefdevolle en hartelijke omgang met elkaar, tot opbouw van Gods Koninkrijk. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen, dat de houding van de barmhartige Vader en van Jezus Zelf, voor allen een inspiratiebron mag zijn in de dagelijkse omgang met elkaar. (Laat ons [zingend] bidden):

Intenties

Back To Top