Ga naar hoofdinhoud

Wanneer wij moeite hebben om naar Gods geboden te leven, dan is dat een teken dat onze liefde voor Christus te beperkt is.

Eucharistieviering in de parochie van de H. Augustinus, in de kerk van de H. Willibrord (Oegstgeest), Sint Willibrordus (Wassenaar – Eerste Communie) en de H. Laurentius (Voorschoten), weekeinde van 20 en 21 mei 2017, om 19.00, 09.30 en 11.00 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: A2017TMP06A

Lezingen

E.L: Handelingen 8, 5-8.14-17
Psalm: Ps. 66 (65), 1-3a, 4-5, 6-7a, 16 en 20
T.L: 1 Petrus 3, 15-18
All. Vers. Johannes 14, 23
EV: Johannes 14, 15-21

Homilie

De heilige Geest, daar gaat het over. Hebt u de heilige Geest ontvangen en waaraan kunt u dat merken? Laten we eens naar het Evangelie kijken en zien wat Jezus ons belooft. “Als gij Mij liefhebt, zult ge mijn geboden onderhouden. Dan zal de Vader op mijn gebed u een andere Helper geven om voor altijd bij u te blijven …” Dus het begint met de opmerking: “Als gij Mij liefhebt”. Dit kan een soort gewetensvraag zijn. Heb ik Christus lief? En waar blijkt dat uit?

Liefde en liefde is drie. Paus Benedictus beschrijft in zijn encycliek “Deus Caritas est”, twee soorten liefde. De ‘eros’, en de ‘agapè’. In het Evangelie van vandaag spreek Jezus alleen over de ‘agapè’, dat is de zichzelf gevende, de vergevende, jezelf overstijgende liefde die zichtbaar is geworden toen Jezus zichzelf gaf in de kruisdood. Het is die liefde in een huwelijk, waarbij één van de twee dement is geworden en de ander al niet meer herkent, voor wie de ander toch blijft zorgen en aan wie deze trouw blijft. Dat is een liefde die geeft en die in en door het geven zelf, pas weer ontvangt.

Bij de ‘eros’ is het andersom. Daarin wil iemand de ander voor zichzelf, daarin is ook een geven, maar dat is een terugverlangend geven, de eros kent uit zichzelf geen belangeloos geven. Pas als de eros wordt gezuiverd, kan zij overgaan in agapè. Dan ontmoeten de meer aardse liefde en de meer hemelse liefde elkaar. Beide komen van God, maar de één meer via de schepping en de ander meer via de genade.

Jezus zegt vandaag dus: “Als gij Mij liefhebt, zult ge mijn geboden onderhouden …” Wanneer wij moeite hebben om naar Gods geboden te leven, dan is dat een teken dat onze liefde voor Christus te beperkt is. “Als gij Mij liefhebt, zult ge mijn geboden onderhouden …” Leven naar de geboden van Christus, kunnen wij alleen als wij werkelijk Christus liefhebben. Daarbij gaat het om ons antwoord op zijn liefde. Jezus heeft zichzelf voor ons gegeven. Door zijn zelfgave op het kruis, heeft Hij ons bevrijd van onze eigenliefde. Door zijn agapè heeft Hij onze eros gezuiverd. Dat wekt in ons hart een wederliefde, die ons in staat stelt te doen wat Hij ons opdraagt.

Toen de zondares Jezus’ voeten met haar tranen waste, met haar haren afdroogde en ze met balsem zalfde, was de gastheer daar ontstemd over. Daarop zei Jezus tegen hem: “Haar zonden zijn haar vergeven, al waren ze vele, want zij heeft veel liefde getoond. Weinig liefde betoont hij aan wie weinig wordt vergeven” (Lucas 7, 37-47).

Er is een bijzonder dilemma. Iemand die tamelijk tevreden is met zichzelf, die geen of weinig berouw heeft, die niet voor vergeving aanklopt bij God, bij Jezus, die objectief gezien ook niet veel verkeerd doet, die loopt het risico te verschralen in de liefde. Dat is de reden dat de Kerk in de liturgie van de eucharistie altijd begint met een gebed om ontferming, een schuldbelijdenis, een boete-act, waarbij we eindigen met de aanroep: “Heer, ontferm U. Christus, ontferm U. Heer, ontferm U. Wie de agapè van Jezus echt ervaart, de gevende en vergevende liefde, niet omdat wij het zouden verdienen, of omdat we nu eenmaal mensen zijn, of omdat we zeggen, God vindt het niet zo erg, nee, juist omdat we weten en voelen dat we tekort schieten, wie die liefde van Jezus ervaart, die voelt een wederliefde in het eigen hart opwellen.

Zo kan Jezus vandaag zeggen: “Als gij Mij liefhebt, zult ge mijn geboden onderhouden …” Het begint allemaal bij zijn liefde voor ons. Daarop volgt onze liefde voor Hem. Daarna zijn wij in staat zijn geboden te onderhouden. En dan … “Dan zal de Vader op mijn gebed u een andere Helper geven om voor altijd bij u te blijven …”

Wanneer wij om de heilige geest bidden, als wij God vragen ons zijn Geest te schenken, moeten we ons eerst afvragen of we Christus werkelijk liefhebben en of we zijn geboden onderhouden. Zijn gebod is helder: God beminnen en de naaste beminnen als jezelf. Wanneer we dat doen, dan geeft Jezus ons bovendien nog een belofte: “En wie Mij liefheeft, zal door mijn Vader bemind worden; ook Ik zal hem beminnen en Ik zal Mij aan hem openbaren.”

In de eerste lezing zien we iemand die zo leeft, die gegrepen is door de liefde van Christus. Zijn leven wordt zelf een wonder, met talloze genezingen en een hele stad die zich bekeert. Filippus verkondigt Christus in woord en daad, hij doet wonderlijke tekenen: “Uit vele bezetenen gingen de onreine geesten onder luid geschreeuw weg en vele lammen en kreupelen werden genezen”.

Ook Petrus in de tweede lezing schrijft erover: “Weest altijd bereid tot verantwoording aan al wie u rekenschap vraagt van de hoop die in u leeft. Maar verdedigt u met zachtmoedigheid en gepaste eerbied, en zorgt dat uw geweten zuiver is”.

We gaan op weg naar Hemelvaartsdag en Pinksteren. Wij willen bidden om de heilige Geest. Dat betekent dat we eerst bidden om een grotere liefde voor Christus in liefde voor God en de naaste. Door die liefde zullen wij in staat zijn te leven in navolging van Christus. Doen we dat, dan ontvangen wij zijn geest, dan zullen wij ten volle door Vader bemind worden en zal Christus zich aan ons openbaren. Amen.

Voorbede

Bidden wij tot God op voorspraak van Christus, onze Hogepriester.

Wij bidden voor alle mensen die Christus liefhebben en willen navolgen, wij vragen om een steeds grotere liefde, opdat de heilige Geest hun harten kan vervullen en hen in staat stellen tot nog grotere daden van geloof en liefde. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze wereld, dat de heilige Geest de harten van velen mag raken, dat alle mensen van goede wil bevrijd worden van weerstanden tegen Christus en zijn Kerk. Dat zij open gaan voor zijn Blijde Boodschap en zijn vergevende liefde. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze parochiegemeenschap, voor de kinderen die deze periode hun Eerste Communie gaan doen, dat zij Jezus leren kennen, dat zij Hem gaan liefhebben en verlangen Hem na te volgen, zodat de Eucharistie voor hen een bron van leven wordt. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen, dat de aardse liefde zich laat zuiveren door de hemelse liefde, zodat de heilige geest hen meer en meer tot eenheid mag brengen. (Laat ons [zingend] bidden):

Intenties

Back To Top