Ga naar hoofdinhoud

Vrede is de vrucht van vrede. Vrede in het groot is de vrucht van vrede in het klein. Vrede in de maatschappij, in de wereld, in je omgeving, is de vrucht van vrede in je hart.

Eucharistieviering in de parochiekerk van de H. Bartholomeus, te Poeldijk, weekeinde van 5 en 6 oktober 2002, 19.00 en 10.00 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: A2002DHJ27A

Lezingen

E.L: Jes. 5, 1-7
EV: Mt. 21, 33-43

Homilie

Vruchten van vrede. Een thema dat vragen kan oproepen. Dat is met een thema natuurlijk ook de bedoeling, het moet je aan het denken zetten. Vrede is een kostbaar goed. Dat we in ons land nu meer dan een halve eeuw vrede hebben, zodat de vijftigers onder ons en over drie jaar de zestigers, zelf geen oorlog hebben meegemaakt, is dus iets bijzonders. In de vorige eeuwen is dat maar weinig voorgekomen. Betekent dit dat vrede nu iets gewoons is geworden? Nou nee, want je kunt de radio of de TV niet aanzetten, de krant niet openslaan of je komt de dreiging en de werkelijkheid van oorlog tegen. Is het niet in het Midden Oosten, dan is het wel rond Irak.

Vruchten van vrede. Maar gaat het nu om de vruchten van de vrede of gaat het erom dat vrede de vrucht is van iets anders? Wat zouden nu vruchten van vrede kunnen zijn? Doordat er vrede heerst worden er veel dingen mogelijk, dat zijn dan vruchten van de vrede. Dankbaarheid, maar ook welvaart. Die is zonder vrede niet mogelijk. Verder ontwikkeling in kunst en cultuur. Maar ook de vrije beleving van je geloof. In veel oorlogssituaties is het geloof onderdrukt. Allemaal vruchten van de vrede. Vrede is een bron van ontelbaar veel goede dingen. Of is vrede meer de voorwaarde? Niet zozeer de bron, maar een noodzakelijke voorwaarde om iets meer te kunnen doen dan overleven.

Vrede, vruchten van vrede. We gaan nog een stap verder. Hoe komt het dat er onvrede ontstaat? Alle gebrek aan vrede in het groot, begint in het klein. Er ontbreekt iets, soms iets materieels, maar vaker nog iets geestelijks. Ik wil het volgende beweren: Vrede is de vrucht van vrede. Vrede in het groot is de vrucht van vrede in het klein. Vrede in de maatschappij, in de wereld, in je omgeving, is de vrucht van vrede in je hart.

Hoe komt het dat er onvrede is? In de parabel die Jezus vertelt, komt een van de bronnen van onvrede aan het licht. Pachters van een wijngaard. Wanneer het rechtvaardige deel van de oogst, de pacht niet wil betalen. Dan ontstaan er problemen. Maar waarom willen ze de pacht niet betalen? Wat zit er in het hart van de mens, dat hij alles zelf wil hebben? ‘Ikke, ikke, ikke en de rest kan stikke’; dat is een duidelijk gezegde.

De pachters willen niets afdragen, en dat niet alleen, ze mishandelen en vermoorden zelfs degenen die de pacht op komen halen. De strekking van deze parabel is duidelijk. Die pachters zijn niet alleen de Farizeeën en Schriftgeleerden, de oudsten en hogepriesters in de tijd van Jezus. Die pachters zijn ook wij.

De mens gedraagt zich als heer van de schepping, in plaats van als beheerder, meer als koning dan als pachter, meer als eigenaar dan als iemand die alles slechts te leen heeft. De mens gedraagt zich als god. Hij wil aan niemand rekenschap afleggen, hij doet wat hijzelf wil. In het Oude Verbond stuurde God zijn profeten bij bosjes. ‘Wie van de profeten zijn door jullie vaderen niet vermoord?’, zegt Jezus tegen de Joodse overheden.

Op een of andere manier hebben mensen er moeite mee om iets af te geven van de oogst. Waarom gaat maar 10% van de katholieken in ons dorp naar de kerk? Omdat de meesten niet het gevoel hebben dat God op dat gebied iets van hen verwacht? Misschien voelen ze niet die aandrang om iets terug te geven van alles wat God ons geeft.

Dat God dat wel verwacht, blijkt al in de tien geboden. Die begint ermee dat wij de dag van de Heer heiligen. De sabbat als rustdag voor de Joden, de Dag des Heren als feestdag voor de Christenen. Het betekent dat je een van die zeven dagen voor God reserveert. De vrome Jood gaf 10% van zijn inkomen aan God, als een offer aan de tempel, als aalmoes voor de armen of op een andere manier.

Zo kort na de Kerkenveiling kun je natuurlijk moeilijk zeggen dat we niet meer bereid zijn te geven, dat geldt ook straks voor de Aktie Kerkbalans en ook vandaag voor Oogstdankdag. Kijk maar hoeveel er weer is samengebracht, vruchten van de oogst, die naar de ouden en zieken worden gebracht. En kijk je naar allerlei liefdadigheidsacties, dan kom je soms ook onder de indruk van de vrijgevigheid. Dat is om dankbaar voor te zijn, maar toch is dat nog niet wat Jezus in deze parabel bedoelt.

Het gaat er ook niet om de wereld te beschuldigen van vrekkigheid of egoïsme. Jezus wijst ons op een innerlijke houding. Vrede begint in je innerlijk, het woord tevreden geeft daar al iets van aan. Tevreden zijn met je menselijke beperktheid, dat je geen god bent, dat je niet de aarde in je bezit hebt, maar slechts om te beheren. Dat je zelfs je eigen leven niet in bezit hebt, maar eens terug moet geven. Je lichaam aan de aarde, het is van de aarde, je geest aan God, die is van God.

Vruchten van vrede. In onze tijd zien we zoveel vruchten van onvrede. De oorlogsdreiging is vrucht van een hardnekkige onvrede. Scheve verhoudingen tussen Oost en West, Noord en Zuid. Scheve verhoudingen in bezit, in invloed en macht. Landen zoeken hun manier om die macht, bezit en recht in eigen hand te krijgen. Groter en machtiger willen zijn, het zijn vormen van onvrede, van ontevredenheid.

Oogstdankdag. Wij mogen dankbaar zijn om meer dan een halve eeuw vrede in onze directe omgeving. Tegelijk zijn we bewust dat we die vrede alleen behouden, als we die innerlijke vrede bewaren en die bewaar je alleen, wanneer je in een echt goede verhouding blijft met Hem van wie we alles te leen hebben.

Vandaag brengen we hier de vruchten van het land, van hoofd en handen. We geven een deel terug aan God, in dankbaarheid. Maar de grootste vrucht is onze bereidheid om God als de Heer van de oogst te zien, onze bereidheid om onze eigen kleinheid en afhankelijkheid in te zien, onze bereidheid om tevreden te zijn met wat we krijgen. Die houding zal basis zijn voor innerlijke vrede, en alleen zo leggen we een basis voor vrede in het groot.

Tot slot: Jezus Zelf is de vrucht van Gods innerlijke vrede. Jezus is ook het hoogtepunt man menselijke vrede en tevredenheid. Jezus gaf niet slechts een deel, 10%, Hij gaf alles, zoals ook de Vader het risico nam toen Hij zijn Zoon zond. We weten wat die pachters met de Zoon hebben gedaan. Laten wij die weg niet opgaan, maar andersom, zelf de weg van de Zoon bewandelen. Dan zal zijn vrede ons deel zijn en zullen de vruchten van vrede overvloedig zijn. Amen.

Back To Top