Ga naar hoofdinhoud

Er is in onze wereld weinig heilig meer. Liefde en het leven doorgeven is niet meer heilig. Het leven in de moederschoot is niet meer heilig, net zo min als de stervende mens. De sacramenten zijn niet meer heilig. Niet dat wat God wil is nog heilig maar dat wat de mens wil.

Eucharistieviering in de parochie van de H. Bartholomeus te Poeldijk, weekeinde van 13 en 14 juni 1998, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: C1998SACR1C

Lezingen

E.L: Gen. 14, 18-20 1
T.L: Kor. 11, 23-26
EV: Lc. 9, 11b-17

Homilie

Pastoor u gaat het toch niet afwijzen? vraagt de een. Pastoor u moet wel duidelijk zijn hoor, zegt een ander. Pastoor ik wens u wijsheid toe, hoor ik van een volgende. Dat krijg je als je een preek aankondigt over zo’n heikel thema.

Sacramentsdag. Twee weken na het ‘feestelijke’ huwelijk van Maurits en Marilène. Wat toen een feest had moeten zijn, een feest voor twee jonge mensen die samen in hun geloof willen staan en hun huwelijk in de kerk willen vieren, een feest van de oecumene omdat dit tegenwoordig kan, een feest en een voorbeeld voor veel andere jonge mensen die in gelijke omstandigheden verkeren en zien dat geloof de moeite waard is. Dat feest werd voor velen een koude douche.

Hoe kon dit zo gebeuren? Voor wie een beetje ingewijd is in de recente Nederlandse Kerkgeschiedenis, is er niets onverwachts gebeurd. Weet u, het probleem zit niet bij de Protestanten maar bij de Katholieken. Bij ons is er zóveel veranderd, dat gelovigen, Katholieken en Protestanten zich met recht afvragen wat er eigenlijk nog voor verschil is. Het gaat toch om dezelfde God, dezelfde Jezus?

Ik doe wel eens een onderzoekje, omdat ik inzicht wil hebben in deze ontwikkeling. Dan blijkt dat er de afgelopen jaren een geweldige verschuiving is opgetreden die nog steeds verder gaat. Als je mensen 50 jaar geleden vroeg wat zij het belangrijkst vonden van de Mis, dan was dat de Consecratie en de Communie. Die twee momenten sprongen er mijlenver bovenuit. Als je nu aan mensen vraagt wat zij het belangrijkst vinden, dan noemt al snel meer dan de helft de preek als het belangrijkste. De consecratie hoor je haast niet meer noemen. De Communie houdt hooguit een goede tweede plaats over.

Als je mensen 50 jaar geleden vroeg waarom zij de Communie belangrijk vonden, dan konden ze dat vaak heel duidelijk aangeven, het was het meest intieme ogenblik van Gods nabijheid. Ze ontvingen de hostie op de tong, zonder met de handen aan te raken. Ze maakten het innerlijk stil, knielden en baden een tijd voor zichzelf. Wanneer je nu aan mensen vraagt waarom ze de Communie belangrijk vinden, kunnen ze dat vaak nog maar moeilijk onder woorden brengen.

Als je in het verleden aan een doorsnee Katholiek vroeg of de Communie werkelijk het Lichaam en het Bloed van Jezus was, kreeg je steevast als antwoord, ja dat geloof ik. Wanneer je het nu vraagt, dan is het antwoord een stuk ingewikkelder; het is om aan Jezus te denken, het is symbolisch, het is brood om te delen, we doen dan net als Jezus.

Als Protestantse gelovigen in deze tijd met Katholieken spreken, merken zij nog nauwelijks enig verschil met wat in hun kerk wordt geleerd. De verandering zit dan ook niet zozeer bij hun, maar bij ons. Zij zien soms ook Katholieken naar voren gaan om de Communie te ontvangen, waarvan zij weten dat dit voor hen niet zoveel betekent, zij gaan naar voren omdat het er bij hoort. Dan vragen protestantse gelovigen zich met reden af waarom zij dan zouden moeten blijven zitten, voor hen betekent het wel degelijk wat, misschien wel méér dan voor veel hedendaagse Katholieken. Het probleem ligt niet bij hen maar bij ons.

Een stukje geschiedenis: in de zestiger jaren is er veel veranderd, dat was nodig; het Vaticaans Concilie gaf de richting aan. Het probleem was echter dat met name wij in Nederland verder wilden dan in het Concilie was afgesproken. Een grote groep gelovigen gingen de veranderingen nog lang niet ver genoeg. En dáár zit de wortel van het probleem bij Maurits en Marilène. Een voorhoede van gelovigen, heeft zich nooit neergelegd bij de officiële richtlijnen. Daar hadden zij hun redenen voor, soms goede, soms minder goede, wie zal het beoordelen. Zij voelden zich in hun geweten verplicht hun eigen koers te gaan, echter voortdurend op zeer gespannen voet met de bisschoppen.

En wat moesten de bisschoppen doen? Hen uit het ambt zetten, de botte bijl methode? U herinnert u ongetwijfeld de rellen over vieringen, over celibaat, over allerlei andere zaken, ze liggen velen nog vers in het geheugen. De polarisatie nam enorm toe en wie niet meedeed werd al snel in een andere kamp geplaatst, en als star, niet van deze tijd, bestempeld.

Wat nu te zeggen van de enorme consternatie na het huwelijk van Maurits en Marilène. Tot wiens verantwoordelijkheid moeten we dit rekenen. Ik geloof niet dat je de schuld aan de media kunt geven, dat is te gemakkelijk, evenmin aan de kardinaal. Ik ben toch geneigd de eerste verantwoordelijkheid te zien bij de twee voorgangers die al te zeer hun eigen koers wilden varen.

Het is vandaag sacramentsdag. Wat is dit mysterie dat wij vieren? Wat is dat Brood dat u straks ontvangt? Symbool van wat Hij voor ons overhad? Brood dat een herinnering draagt? Mag een term als transsubstantiatie nog gebruikt worden en mag de Kerk opkomen voor wat haar heilig is? Dit Brood is voor de Kerk werkelijk Brood van zijn Koninkrijk waaraan wij deel mogen nemen. Wat Hij zegt over ons, zijn Kerk, zijn Bruid, zijn Lichaam, zegt Hij ook over dit Brood. Zo komt de hemel werkelijk dichter bij de aarde. Zo vervult de Communie ons met een heilige eerbied, een schroom en een verlangen tegelijk, een kniebuiging waard, omdat Christus werkelijk aanwezig is.

Er is in onze wereld weinig heilig meer. Het heilige in het leven van alledag is ons in de afgelopen jaren meer en meer ontglipt, ook in de politiek. Liefde en het leven doorgeven is niet meer heilig, het is gecommercialiseerd, gedevalueerd tot iets waar je winst mee kan maken. Het leven in de moederschoot is niet meer heilig, net zo min als de stervende mens. De sacramenten zijn niet meer heilig. Iemand zei me laatst: het enige dat nog heilig is, is wat wij willen, mijn autonomie, mijn vrijheid, mijn keuze. Niet dat wat God wil is nog heilig maar dat wat de mens wil.

Hoe zal God daar nu op reageren, want dat alles is Hem wel heilig. Hij heeft het ons gegeven, ons toevertrouwd. Zal Hij het aan ons laten of zal Hij het te-Zijner-tijd geven aan anderen die meer geloof hebben.

Het probleem ligt niet aan de kant van de gelovigen uit de Reformatie, maar bij onszelf. Heel dit gebeuren moet ons aanzetten tot een gewetensonderzoek. Wat is voor mij nog heilig? In het leven van alledag en ook bij de Sacramenten. Wat betekent de Communie nog voor mij? Een vraag die ook een protestantse gelovige die ter Communie wil gaan zichzelf kan stellen.

Er is ruimte voor gelovigen uit de Reformatie om ter Communie te gaan. Als iemand gedoopt is en het katholieke geloof in de Eucharistie deelt, als hij of zij zelf spontaan verlangt naar de Communie, in zijn eigen kerk niet terecht kan en dat als een zekere nood ervaart, die mag weten dat de katholieke Kerk gastvrij is. Nog nooit is door mij en naar ik weet ook niet door de kardinaal, de Communie geweigerd aan iemand die op een gelovige, eerbiedige manier ter Communie naderde. Daar verandert ook nu niets aan, laat niemand zich daar zorgen om maken.

Er zal uit dit gebeuren weer iets goeds komen, maar niet dankzij deze gebeurtenissen, maar alleen omdat God met ons verder wil.

Wie is verantwoordelijk voor de grote consternatie? Laten we die vraag verder rusten, maar laten wij wel onze eigen verantwoordelijkheid dragen. Dat wij zelf blijven groeien in het geloof, en niet verder afzakken naar het algemene niets. Anders is de tijd niet ver, dat een gelovige uit de Reformatie niet eens meer bij ons ter Communie wil, omdat het hier tegen die tijd niets meer voorstelt.

Alvorens deze preek te houden heb ik hem laten lezen door de dominee, om van hem te horen of er niets in staat dat de gelovigen uit de Reformatie tegen het hoofd zou stoten. Hij trof niets van die strekking aan.

Tot slot: moge dit alles ons tot de vraag brengen, wat God heilig is en of dat ons nog heilig is. Dan zal de echte oecumene ons allen op de gestelde tijd bijeen brengen. Dat is het wat ik u en mijzelf van harte wens. Amen.

Back To Top