Ga naar hoofdinhoud

Dit is niet Gods plan. Zoiets gruwelijks heeft uit zichzelf geen bedoeling. Het kan pas betekenis krijgen, wanneer wij het zelf ter hand nemen en veranderen met Gods hulp. Het enige dat nog telt is dat de liefde wint. Dat we elkaar juist nog méér beminnen, dat we nog méér zorg voor elkaar hebben.

Begroeting

Van harte welkom, mijnheer en mevrouw Barge, Jim en Carine, de jongens, Alexander, Jimmy en Olivier, naaste familie, vrienden en vriendinnen, jongeren van school, van het dispuut, van de sport en u allen hier aanwezig, vandaag bij de uitvaart van Reinout Caspar James Barge, Reinout, Rein, hier in de kerk van De Goede Herder.

Wie van ons hier in Wassenaar en vooral in Wassenaar Zuid, heeft niet teruggedacht aan de gebeurtenissen hier van de afgelopen jaren. Er zijn hier verschillende jonge mensen omgekomen, door ziekte en door het verkeer. We hebben toen als gemeenschap met elkaar meegeleefd, want het kwam ineens zo dichtbij. Zo is dat nu opnieuw, want opnieuw komt het zo dichtbij …

Je zoon, broer, neef, vriend studeert, is bezig, komt niet meer elke week thuis. En dan de politie aan de deur.

We horen straks verhalen en herinneringen over Reinout, we zullen veel woorden spreken, dat is ook nodig. We willen daarbij luisteren naar teksten uit de Bijbel, naar woorden van ons geloof. We willen hier samen bidden en troost en kracht zoeken hier in dit Godshuis, waar Reinout als kind de kerk ingedragen werd om door het doopsel te gaan en te mogen leven als een kind van God. Die bijzondere herinnering wil pater Eduard Kimman graag met ons delen.

Pater Eduard Kimman: …

Pastoor Michel Hagen: … We hebben kaarsen rond zijn baar staan. Met het vuur van de Paaskaars, met de vlam van het paasvuur, dat verwijst naar leven door de dood heen, en met zijn doopkaars die 24 jaar geleden aan datzelfde paasvuur is ontstoken, willen we nu de kaarsen rond zijn baar ontsteken.

Eerste lezing

Lezing uit het boek Prediker 11,4 – 12,1:

Wie op de wind blijft letten komt niet aan zaaien toe, en wie naar de wolken blijft kijken komt niet tot oogsten. Evenmin als je weet hoe in de moederschoot het leven ontstaat, evenmin weet je iets van de werken van God, de Maker van alles. Begin in de ochtend te zaaien en gun je hand tot de avond geen rust. Je weet immers niet of het de ene keer of de andere keer lukt, of dat het beide keren goed uitvalt. Het licht is zalig en het is een weldaad voor de ogen de zon te zien. Hoe lang iemand ook leeft, laat hij dan ook genieten van elke dag en bedenken dat er nog donkere dagen genoeg zullen zijn, en dat alles wat daarna komt vluchtig is. Jongeman, geniet van je jeugd en laat je hart zich verheugen zo lang je nog jong bent. Doe wat je hart je ingeeft en waar je ogen naar uitzien. Maar besef dat God je over alles rekenschap vraagt. Zet alle zorgen van je af en houd alle kwalen van je lijf, want jeugd en ochtendlicht zijn zo voorbij. Eer je Schepper zo lang je nog jong bent, voordat de kwade dagen komen en de jaren dat je zegt: ‘Het bevalt me niet meer.’

Evangelie

Lezing uit het heilig Evangelie volgens Matteüs 6, 25-34:

In die tijd sprak Jezus tot zijn leerlingen: Weest niet bezorgd voor uw leven, wat ge zult eten of wat ge zult drinken, en ook niet voor uw lichaam, wat ge zult aan¬trekken. Is het leven niet méér dan het voedsel en het lichaam niet meer dan de kleding? Let eens op de vogels in de lucht: ze zaaien niet en maaien niet en verzamelen niet in schuren, maar uw hemelse Vader voedt ze. Zijt gij dan niet veel méér dan zij? Trouwens, wie van u is in staat met al zijn tobben aan zijn levens¬weg één el toe te voegen? En wat maakt gij u zorgen over kleding? Kijk naar de leliën in het veld: hoe ze groeien. Ze arbeiden noch spinnen. Toch zeg Ik u: Zelfs Salomo in al zijn pracht was niet gekleed als een van hen. Als God nu het veldgewas dat er van¬daag nog staat en morgen in de oven wordt geworpen, zó kleedt, hoeveel te meer dan u, kleingelovigen? Maakt u dus geen zorgen over de vraag: wat zullen wij eten of wat zullen wij drinken of wat zullen wij aantrekken? Want dat is wat veel mensen in de wereld najagen. Uw hemelse Vader weet wel dat gij al deze dingen nodig hebt. Maar zoekt eerst het Koninkrijk en zijn gerechtigheid: dan zal dat alles u erbij gegeven worden. Maakt u dus niet be¬zorgd voor de dag van morgen, want de dag van mor¬gen zorgt voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen leed. Zo spreekt de Heer.
Allen: Wij danken God.

Homilie

Hoe leren wij het leven kennen? Hoe leren wij de dood kennen? Hoe leren wij God kennen? Is het leven een aaneenschakeling van mogelijkheden, kansen en uitdagingen, dan is de dood het einde van die mogelijkheden, kansen en uitdagingen. Is het leven warm, vol zon en vuur, dan is de dood, koud, hard en meedogenloos.

Maar zoals het leven meerdere gezichten heeft, zo heeft de dood die ook. Soms zien mensen uit naar de dood, omdat het leven zijn levenskracht en warmte en vuur verliest en zwaar wordt. Dan verandert ook het aangezicht van de dood. Maar dat is niet zo als je vierentwintig jaar bent en vol vuur en verlangen naar de toekomst kijkt. Die toekomst vol met mogelijkheden, kansen en uitdagingen. Hoe leren wij het leven kennen? Hoe leren wij de dood kennen? En hoe leren wij God kennen? God is de Mogelijkheid vóór alle mogelijkheden, de Kans vóór alle kansen, de uitdaging die alle uitdagingen te boven gaat.

Leven heeft alles met God van doen. De dood als spelbreker, de dood als noodlot staat al te vaak dwars op Gods bedoeling. In het verleden hebben we God soms gezien als de grote Regelaar, die alles in handen heeft. Maar klopt dat beeld? Dat is iets heel anders dan wat Jezus bedoelt als Hij zegt dat iedere mens veilig is in Gods hand. We hebben God vaak gedefinieerd als almachtig. Dat is wel waar, maar wat wij daarbij denken is iets heel anders dan wanneer Jezus spreekt dat voor zijn Vader, de God van het Nieuwe Verbond, alles mogelijk is. De dood van Reinout staat natuurlijk haaks op Gods bedoeling. Voor God is elk mensenleven vanaf dat wonderlijke begin, bedoeld om geleefd te worden, niet om op deze manier te eindigen.

Reinout, 24 jaar. Jullie delen jullie ervaringen en herinneringen met ons en we horen straks nog enkele sprekers. Vanwege al jullie verhalen hebben we enkele lezingen bij deze uitvaart gekozen. In die eerste lezing, uit het boek Prediker, hoorden we: “Begin in de ochtend te zaaien en gun je hand tot de avond geen rust. Je weet immers niet of het de ene keer of de andere keer lukt, of dat het beide keren goed uitvalt.” Reinout zetten zijn kaarten op meerdere dingen tegelijk. En naarmate hij ouder werd, zag je hoe hij groeide. Hij heeft die woorden van Prediker onbewust begrepen: “Jongeman, geniet van je jeugd en laat je hart zich verheugen zo lang je nog jong bent. Doe wat je hart je ingeeft en waar je ogen naar uitzien. Maar besef dat God je over alles rekenschap vraagt.”

Reinout kon doldwaze grappen bedenken, ook niet zonder risico, maar hij voelde zich tegelijk verantwoordelijk voor zijn mensen, voor thuis, voor zijn vrienden, zijn team. Doldwaze grappen en verantwoordelijkheid, een wonderlijke mix, dat was Reinout.

In onze gesprekken kwamen ook alle vragen naar voren die in deze omstandigheden klinken. Zoals de vraag “waarom?” Waarom laat God dit gebeuren, waarom doet God dit ons aan? En vandaag wil ik hetzelfde antwoord geven dat ik in ons gesprek gaf.

Dit is niet Gods plan. Er is goed en kwaad in de wereld. Hier is het kwaad in al zijn hardheid ingebroken in jullie bestaan. Die vraag waarom, komt uit ons gevoel, uit ons hart, uit onze pijn en ons verdriet. Die vraag kan je zo niet met je verstand beantwoorden. Als ons verstand hier antwoord op geeft, zeggen we: “Die chauffeur is in slaap gevallen, of hij reed te ver aan de rechterkant”, of wat dan ook. Antwoorden waar we geen antwoord aan hebben. Onze vraag “waarom” betekent waarschijnlijk iets anders: “Kan zo iets gruwelijks een zin, een bedoeling hebben?” En dan zeg ik, nee, niet uit zichzelf. Dit ongeluk had er niet moeten zijn. Dit kan pas betekenis krijgen, wanneer wij het zelf ter hand nemen en veranderen met Gods hulp.

Net als die vraag “waarom?” Als we die een klein beetje veranderen, kunnen we er wel iets mee. Als we vragen: “God, wat nu? Wat nu? Hoe kunnen we hiermee omgaan, hoe kunnen we dit verwerken, hoe kunnen we dit oppakken. God, wat nu?” Dan kan er een antwoord klinken.

En het is wonderlijk dat Reinout zoiets in zich had. Naar zijn moeder, maar ook naar anderen kon hij heel vaderlijk zeggen: “Het komt goed.” “Het komt goed, mam.” Maar dat gaat niet vanzelf. Wat komt goed? Wat kan hiervan goed komen? Krijg je Reinout terug? De keiharde werkelijkheid is dat we hem straks naar het graf dragen. Deze dagen heb je nog het gevoel dat hij zo de trap af kan komen, dat hij ineens aan komt rijden. Dat hij een sms’je stuurt. Hij is nog zo aanwezig. Die werkelijkheid krijgen we zo niet terug. Wat dan wel? Kunnen wij Reinout op een andere manier terugkrijgen?

God is liefde. Het enige dat nog telt is dat de liefde wint. Als het kwaad onze liefde doodt, dan wint het kwaad. Als het kwaad ons geloof en vertrouwen doodt, dan wint het kwaad. Daarom kloppen wij aan bij God, bij Jezus, bij zijn Kerk, om te vragen, te smeken, om te bidden, dat de liefde mag winnen, dat ons geloof standhoudt. God is liefde, die liefde is sterker dan de dood, die liefde is de bron van leven, van goedheid, van alle mogelijkheden, kansen en uitdagingen. Dat vragen wij God in deze viering. Daarom zijn we hier in dit Godshuis samen. Dat is ook wat kan, met zijn hulp is dat mogelijk. Dat we elkaar juist nog méér beminnen, dat we nog méér zorg voor elkaar hebben. Dat we ook in ons leven dat vaak zo hectisch is en door de maatschappij bepaald wordt, dat we iets van het relativerende van Reinout hebben, zoals we in het Evangelie hoorden: “Weest niet bezorgd voor uw leven, wat ge zult eten of wat ge zult drinken, en ook niet voor uw lichaam, wat ge zult aan¬trekken. Is het leven niet méér dan het voedsel en het lichaam niet meer dan de kleding?” Of die woorden aan het slot van het Evangelie: “Maakt u dus niet be¬zorgd voor de dag van morgen, want de dag van mor¬gen zorgt voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen leed.” Iets daarvan had Reinout als talent al meegekregen. Laat dit iets zijn dat wij van hem leren en meenemen. Laat de liefde het winnen, laat het leven winnen, met God is dat mogelijk. Jezus’ verrijzenis leert ons dat.

Hoe pakt Reinout dit nu aan? Hij staat nu ineens voor de CEO, waar hij nog niet aan had gedacht. Hij staat ineens voor “het examen van het leven”, waar hij zich zo niet op had voorbereid.

Het is waarschijnlijk niet zo ingewikkeld. Alle complexiteit keert terug naar de volmaakte eenheid. Reinout nadert tot de Vader van alle vaders, tot de Vader van alle moeders en broers en vrienden. Reinout nadert tot Jezus, die hij in stilte bewonderde en waarvan hij had geleerd om klaar te staan voor anderen, een talent dat hij als een gave had meegekregen. Reinout komt in die nieuwe ruimte van God, met nieuwe mogelijkheden, kansen en uitdagingen. En wat zal God de Vader zeggen? Dag Reinout Caspar James Barge. Dag Reinout, dag ceo Rein, jongen, dit was niet in de planning, maar welkom thuis. … Amen.

Back To Top