De angst om iets niet te krijgen of achtergesteld te raken, maakt dat we onvrij worden. Op God vertrouwen en zo kunnen wachten, geeft ons een nieuwe vrijheid.
Veertig dagen om kritisch naar jezelf te kijken. Laten we elkaar erbij helpen, want alleen valt dat niet mee. Ook het Volk van God maakte de tocht naar het beloofde land samen. Mozes had de leiding, God gaf de inspiratie en de richting en samen gingen ze op weg naar het land dat God had beloofd.
Het askruisje is zo'n schitterend eenvoudig symbool. Het herinnert je eraan dat ook jouw leven eens eindigt. Dat je eens voor God moet verantwoorden wat je van je leven gemaakt hebt. Het helpt ons te denken aan de betrekkelijkheid van alles wat in deze wereld zo belangrijk lijkt.
We krijgen veertig dagen om ons weer wat te oefenen in zelfbeheersing, in aandacht voor God en de naaste, om weer eens na te denken over wat echt belangrijk is. Ook om verhoudingen die ernstig verstoord zijn te herstellen. Doen we dat, dan zijn we bezig met een vasten waarin Jezus ons een voorbeeld heeft gegeven.
De veertigdagentijd is een tijd om te bezinnen op wie we echt zijn. De mens achter het masker en de status. We zullen alleen ontdekken wie wij zijn, als we God als Vader aanvaarden, als we God de ruimte geven, als we ons door God laten onderwijzen.