Ga naar hoofdinhoud

Wees uitgenodigd om te groeien in die innerlijke vrijheid, die de Geest ons geeft, de vrijheid doordat wij ten volle worden aangenomen en verheven tot de rang van Zoon van de Vader, Kind van God.

Eucharistieviering in de parochiekerk van de H. Bartholomeus te Poeldijk, 1 januari 1999, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: A1999NIEUWJAAR1A

Lezingen

E.L: Num. 6, 22-27
T.L: Gal. 4, 4-7
EV: Lucas 2, 16-21

Homilie

Net zo pril als het nieuwe jaar, vinden vandaag de herders het Kind in de kribbe. Wat zal dit Kind gaan brengen? wat zal dit jaar gaan brengen. Een Kind als gave van God aan ons, een nieuw jaar als een gave van God aan ons.

Laten we ons deze ochtend tussen de herders voegen en meegaan naar Betlehem. Daar vinden we Maria met Jozef en het Kind in de kribbe. Daar vinden we de toekomst waaraan God zijn zegen verbindt, daar zien we de glans van Gods gelaat en zijn vrede op aarde.

Wij zijn vanochtend als de herders, op tijd opgestaan, na mogelijk een korte nacht, waar we de wacht hielden rond het tumult. We zijn op weg gegaan omdat we deze morgen opgeroepen werden om hier samen te komen. Juist zoals de herders werden gewekt door de engelen zo zijn wij gewekt om dit jaar op deze plaats te beginnen. 1998 is voorbij. 1999 is begonnen. Wat gaan we dit jaar doen? Als het goed is, gaan we dat doen wat Maria, Jozef en de herders deden.

De werkgroep voor de Alpha-cursus heeft me gevraagd deze dagen nog wat aandacht aan de cursus te geven omdat hij binnen drie weken van start gaat. Verleden jaar hebben we de cursus twee keer gehouden, en hebben in totaal 21 cursisten hem afgemaakt. De gedachte hierover sluit aan bij de uitnodiging die in de preek van gisteren doorklonk.

Gisteravond besloten we de viering met de uitnodiging op zoektocht te gaan. Het is de uitnodiging van Jezus Zelf: Zoek eerst het Koninkrijk en zijn gerechtigheid. Zoeken dus, met vertrouwen, want Hij zegt ook: zoekt en gij zult vinden.

Vandaag nemen we op onze zoektocht een voorbeeld aan de Herders, zij zijn gewekt door engelengezang, door iets moois, iets goeds. Het was iets dat uit de hemel kwam dat hen op het spoor heeft gezet. Ze weten nu waar ze moeten zoeken, niet in de paleizen van de koningen, niet in de bedrijvigheid van de grote stad met handel en industrie, ze moeten de Redder zoeken in de stad van het Brood, het huis van brood, Betlehem, om Hem te vinden die onder ons komt als Brood van Leven, Brood voor de schapen, voor ons, zijn kudde. Daarom worden de herders als eersten genodigd, want de Goede Herder is geboren. Daarom ligt Hij in de voerbak, in de kribbe, als voedsel voor de dieren, Hij die voor ons Brood is om van te leven. Wanneer later de wijzen komen, dan wijst het licht van de ster hen naar het Licht der wereld.

Als wij op zoek gaan, doen we dat niet op ons eentje, maar net als de herders, samen. Zo groeit het Kerk-zijn. We vinden ook niet Jezus alleen. We vinden eerst Maria en Jozef en met hen het Kind in de kribbe. Jezus komt in de gemeenschap van de Kerk, met Maria als moeder van de Kerk en Jozef als vaderlijke beschermer en opvoeder.

Welke cursus u ook volgt of gaat volgen, een Bijbel-cursus van het Dekenaat Delflanden, het nieuwe dekenaat dat vandaag is begonnen, of de Pastorale School als cursus van het Bisdom, of hier dichtbij de Alpha-cursus, het gaat er vooral om dat ieder van ons dit jaar op zoektocht gaat.

Dan horen we van elkaar de lofprijzing die eens de herders verkondigden: zij verheerlijken God om alles wat ze gehoord en gezien hadden, omdat het was zoals zij al eerder hadden gehoord, maar nog niet konden geloven. Dan gebeurt wat de omstanders toen ervaarden: allen die het hoorden stonden verwonderd over hetgeen de herders hun verhaalden. Dan groeit de innigheid van de verbondenheid met God, zoals bij Maria: Zij bewaarde al deze woorden in haar hart en overwoog ze bij zichzelf.

Dit jaar als een zoektocht naar Gods Koninkrijk. We laten de feestjaren gaandeweg achter ons, we gaan op weg in het 801e jaar na de oprichting van de eerste kapel in Poeldijk. In het 352e jaar na de komst van Frans Verburgh, in het voorlaatste jaar van de 20e eeuw.

Wees uitgenodigd op deze zoektocht, we hopen de Alpha-cursus dit jaar drie maal te houden. Wees uitgenodigd om de zegen van God te vinden die Hij ons in zijn Zoon aanbiedt. Wees uitgenodigd om te groeien in die innerlijke vrijheid, die de Geest ons geeft, de vrijheid doordat wij ten volle worden aangenomen en verheven tot de rang van Zoon van de Vader, Kind van God.

Vandaag beginnen we in de stal, waar we Maria vinden met Jozef en het Kind in de Kribbe. Laten we dan op deze feestdag ook Maria in ere houden, door wie ons het Brood van het Leven wordt gegeven, door wie ons de Goede Herder wordt geschonken, Maria, omdat door haar moederschap ook wij Kind van God worden.

God heeft haar tot zijn Moeder gemaakt, toen Hij in haar schoot het leven gaf aan zijn Zoon. Hij geeft ons het Leven in de schoot van de Kerk, zonder haar komt Christus niet in de wereld.

Vragen we ook aan deze Moeder, dat zij ons blijft samenroepen in dit Betlehem, in dit Huis van Brood, in deze Christus-stal, deze geboorte-grot, deze ontmoetingsplaats en voederbak, waar wij de Goede Herder vinden, Hemzelf als Brood ontvangen en één gezin worden rond de ene tafel, als kinderen van de ene Vader.

Nos cum prole pia, benedicat virgo Maria. Met uw kinderen, u zo genegen, geef Maria ons uw zegen. Amen.

Back To Top