Ga naar hoofdinhoud

Jezus’ geboden maken ons vrij, Jezus’ voorschriften zijn genezend, zijn opdrachten brengen Gods Koninkrijk, zijn voorbeeld is ons Goede Nieuws.

Eucharistieviering 1 mei 2005, in de parochiekerk van de H. Jozef te Wassenaar, 9.30 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: A2005TMP06A

Lezingen

E.L.: Hand. 8, 5-8. 14-17
T.L.: 1 Petr. 3, 15-18
Ev.: Joh. 14, 15-21

Preek

Het is toch wat met dat Evangelie. Denk je eindelijk wat vrij te worden, krijg je meteen de domper op je neus. Denk je het juk van je afgeschud te hebben, zie, daar is het volgende. Één woord wil ik vandaag wat extra naar voren halen, een woord dat veel mensen bezig houdt en dat zo snel gebruikt of misbruikt wordt.

“In die tijd zei Jezus: ‘Als jullie Mij liefhebben, zullen jullie mijn geboden onderhouden’.” Met dat woordje ‘geboden’ hebben wij het blijkbaar moeilijk. De KRO is met een uitzending bezig over de tien geboden en probeert ze niet als geboden of verboden te presenteren, maar positiever. De nieuw Katholieke vertaling van 1995 durft het woord geboden niet meer te gebruiken. Daar staat ‘opdracht’. Maar kijk je naar twee Engelse vertalingen dan staat daar gewoon commandment of command en in de Duitse vertaling staat gewoon Gebot. Ook hier in ons land zie je een verschuiving, want in de laatste Nieuwe Bijbel Vertaling die een samenwerking is van Protestantse en Katholieke theologen wordt toch weer het woord ‘Gebod’ gebruikt. Oftewel, de oude vertaling die wij in de liturgie gebruiken is soms ineens weer actueel.

‘Als jullie Mij liefhebben, zullen jullie mijn geboden onderhouden’ Dit zegt Jezus tegen zijn leerlingen. Behalve het woord ‘gebod’ staat er nog een woord dat we gemakkelijk over het hoofd zien. Het gebod van Jezus heeft alles met liefde te maken. En dat is misschien wel het zwakke punt in onze moderne wereld. Wij zijn geneigd te zeggen: ‘Liefde verdraagt geen ‘geboden’, liefde verdraagt geen ‘moeten’, liefde verdraagt geen ‘bevelen’, liefde verdraagt geen ‘commando’s’.’ Dat heeft dan weer alles te maken met wat wij tegenwoordig onder liefde verstaan. Wij zullen zeggen: ‘Liefde vraagt wederzijds begrip, vraagt samenwerking en gelijkwaardigheid, onderling respect en vrijheid’.

Zo’n opmerking is waar en niet waar tegelijk, want er is van nature geen wederzijds begrip tussen Jezus en ons. Wij verstaan Hem uit onszelf heel slecht. Maar door zijn liefde krijgen wij de kans Hem te leren verstaan. Er is van nature geen behoorlijke samenwerking tussen ons en Jezus. We werken Hem van nature eerder tegen. Dankzij zijn eindeloos geduld en wijsheid, krijgen wij de kans met Hem mee te werken. Er is van nature geen gelijkwaardigheid tussen Jezus en ons. Hij die bestond in goddelijke majesteit, heeft zichzelf vernederd en is aan ons gelijk geworden, ja zelfs tot in de dood. Er was van nature bij de mensen geen respect voor Jezus. Hij werd beschimpt, bespuwd, geslagen, vals veroordeeld, gegeseld en gedood, door mensen zoals wij. Er was geen sprake van echte vrijheid, uit onszelf gingen we de verkeerde weg. Wat vrijheid lijkt is meestal geen vrijheid. Jezus is het die ons echt innerlijk vrijmaakt.

Oftewel: ‘hoe verstaan wij in deze tijd de liefde?’. Onze moderne liefde is amoureus, dikwijls erotisch geladen, of zacht en meegaand, maar zelden sterk en standvastig. Onze liefde is dikwijls romantisch als op een roze wolk, vaak weinig met twee benen op de grond. Onze liefde neigt te worden tot een radio- en TV-liefde; zoals we zien in soaps en horen in de popsongs. Onze liefde loopt zo het grootste gevaar een egoïstische liefde te zijn en te blijven. Want dat zit van nature in ons hart en uit onszelf komen we daar niet los van.

Om Jezus geboden te kunnen verstaan, moeten we eerst van Hem leren wat Liefde is. ‘Als jullie Mij liefhebben, zullen jullie mijn geboden onderhouden’. Jezus gebruikt ‘gebod’ hier in het meervoud; ‘geboden’. Denk je eindelijk van al die geboden van Mozes af te zijn, al die regels die van alles en nog wat voorschrijven, komt Jezus opnieuw met ‘geboden’. Jezus spreekt daarover, maar toch is het lastig om meteen een lijstje van geboden van Jezus op te sommen. Zijn geboden vind je in zijn leven, in zijn voorbeeld, in heel zijn manier van doen. Je vind ze in opdrachten zoals: ‘Volg Mij’. ‘Blijf dit doen om Mij te gedenken’, ‘Ga naar mijn broeders en zeg hun: ‘Hij is verrezen’. Maar ook in de zaligsprekingen: ‘Keer je andere wang toe’ ‘Ga twee mijl als iemand je een mijl vraagt te gaan’. Of in het einde van het Evangelie van Matteüs; dat wat je hebt gedaan of niet hebt gedaan voor een van die kleinen, heb je voor Mij gedaan of niet gedaan. Het hele Evangelie is een grote reeks voorbeelden en daarmee tegelijk een reeks opdrachten of geboden van Jezus.

Waar komt onze grote gevoeligheid vandaan? Is het onze drang tot vrijheid, tot onafhankelijkheid, hebben we een juk afgeschud en zijn we bang dat het terugkomt. Maar Jezus’ geboden maken ons juist vrij, Jezus’ voorschriften zijn genezend, zijn opdrachten brengen Gods Koninkrijk, zijn voorbeeld is ons Goede Nieuws. Paus Johannes Paulus de Grote zei tegen de jongeren: ‘Wees niet bang voor Christus’, anders gezegd: ‘Wees niet bang voor wat Jezus van je vraagt, wees niet bang voor een veeleisende Christus, voor een liefde tot het uiterste, wees niet bang jezelf aan Hem te geven, wees niet bang, integendeel durf ja te zeggen en treed in zijn voetstappen.’

Zijn het veel geboden, die Jezus geeft? Ja en nee. Als je het Hem op de man af vraagt dan zegt Hij: ‘Dit is mijn gebod …’. En u weet wat Hij dan zegt. Het is in de kern hetzelfde antwoord als op de vraag naar het grootste gebod. ‘Ge zult uw naaste beminnen uzelve gelijk’. De Evangelist Johannes geeft het iets anders aan ons door: ‘Dit is mijn gebod, dat jullie elkaar liefhebben (Joh. 15, 10)’.

Hiermee zijn we terug bij waar we begonnen. ‘Als jullie Mij liefhebben, zullen jullie mijn geboden onderhouden’. Steeds weer keert Jezus terug naar die andere soort liefde, niet de moderne, egoïstische liefde, maar zijn goddelijke, alles gevende liefde. Een liefde die je ook vandaag ziet, ouders die alles over hebben voor hun gehandicapte kind, een leerkracht die onbetaalde overuren maakt voor de leerlingen, kinderen die hun ouders liefdevol begeleiden in hun oude dag, vrijwilligers in een parochie, bij ‘Tafeltje dek je’, in een hospice of bij de Zonnebloem; wie ‘kijkt’ ziet die liefde, maar ze wordt zelden bezongen, ze is geen onderwerp in de grote soaps op de TV, ze is geen nieuws op de voorpagina’s.

Het grote gebod van Jezus is liefde. ‘Als jullie Mij liefhebben …’ Zo begint Hij. Daarmee begint alles. Jezus liefhebben. Dat moet ons startpunt zijn. Beminnen wij Jezus? En dan niet alleen door een spontane liefde die komt uit waardering of bewondering, maar met een liefde die leidt tot navolging. ‘Als jullie Mij liefhebben, zullen jullie mijn geboden onderhouden’. Alleen wie Hem liefheeft, kan zijn opdracht, zijn gebod in liefde verstaan. Wie zijn ouders liefheeft, begrijpt de regels in huis en gaat daar goed mee om. Wie zijn werk liefheeft, houdt zich aan de werkopdracht en werkvoorschriften. Het gaat nog verder, wie liefheeft doet meer dan is voorgeschreven, die doet alles met hart en ziel.

Zo is de liefde van Christus, die verder gaat dan wat de wet vraagt, Christus die de geboden van zijn Vader onderhoudt en zo alle menselijke geboden ver overtreft. Die liefde gun ik u, die wens ik u, die bid ik u toe. En de sleutel tot die liefde belooft Jezus ons vandaag. Nog maar enkele weken scheiden ons van Pinksteren. Ik wens u de heilige Geest, de liefde van Vader en Zoon, Die ons de liefde leert en schenkt. De heilige Geest. Zonder hem weten wij niet wat de liefde van Christus is. Maar met de heilige Geest wordt alles mogelijk. Dan beminnen wij en volbrengen wij van harte zijn gebod van liefde. Amen.

Back To Top