Ga naar hoofdinhoud

Het Woord is Vlees geworden. Deze kosmos, deze wereld, krijgt een nieuwe diepte, een nieuwe inhoud, een nieuwe betekenis. Dit wonder mogen we overdenken en vieren op dit Hoogfeest van Kerstmis.

Eucharistieviering om 09.30 en 11.15 uur, 25 december 2013, in de parochie van de H. Augustinus, in de kerk van de H. Willibrordus (Wassenaar) en De Goede Herder (Wassenaar), door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Eucharistieviering beluisteren vanuit de Goede Herder te Wassenaar (MP3)

Preek beluisteren vanuit de Goede Herder te Wassenaar (MP3)

Preek: A2014KERSTDAG1AAUFX

Lezingen

E.L.: Jesaja 52,7-10
Ps.: 98 (97), 1-6
T.L.: Hebreeën 1,1-6
All.: Het licht van de heilige dag …
Ev.: Johannes 1,1-18 (of: Johannes 1,1-5.9-14)

Homilie

Het is alweer anderhalf jaar geleden, maar waarschijnlijk hebben een aantal van u die uitzending gezien waarin professor Robert Dijkgraaf een televisie college gaf over de kosmos en de oerknal. Professor Dijkgraaf ging terug tot een flinke tennisbal, zo groot, dat was het eerste begin. Maar dan stopt hij. Wetenschap heeft ook z’n grenzen. Hij kan speculeren over parallelle universa en een snaren theorie. We kunnen het heelal nog benaderen als een wiskundige boekhouding. Maar, … wat was het begin?

Vandaag horen we Johannes de Evangelist. Hij had geen telescopen, geen Newton, geen Einstein of Lemaître. Hij had de oude Bijbelse boeken, hij had de Griekse filosofen, hij wist misschien iets van de Perzische astronomen, maar boven alles had hij Jezus. Johannes de Evangelist wordt in de kerkelijke symboliek voorgesteld als de adelaar, die machtige vogel die zo hoog vliegt dat hij maar een stipje lijkt, en die dan toch een klein dier op aarde scherp blijft zien. Deze Johannes begint zijn evangelie met deze zin. In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.

Enige tijd geleden las ik een onderzoek van een wiskundige. Hij stelde dat vanuit de kansberekening het bestaan van god waarschijnlijker is dan dat god niet zou bestaan (Stephen Unwin, wiskundige: waarschijnlijkheid dat God bestaat, is 67 procent). Aristoteles, de grote Griekse filosoof die zo’n vier eeuwen voor Jezus leefde, sprak over de onbewogen beweger. Door consequent na te denken, kwam hij tot die conclusie. Want je kunt door blijven vragen wat er het eerst was. Die onbewogen beweger noemt hij niet God, al dacht hij daar waarschijnlijk wel aan. Zo maakt Aristoteles een onderscheid tussen de god van filosofen en de God van de religie. Zo kan je ook een onderscheid maken tussen de god van de kansberekening en de God van het geloof; zeg maar het verschil van de god vanuit de wetenschap en God, zoals wij Hem kennen door Jezus Christus.

Johannes schrijft: “In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.” Geen oer-atoom, ook geen onbewogen beweger, geen wiskundige berekening maar: het Woord. Woord betekent iemand die spreekt en iets dat gesproken wordt. Johannes heeft diep nagedacht over wat een woord is en wat een woord doet. Hij kent het scheppingsverhaal: God sprak: er moet licht zijn. God sprak: er moet leven zijn. God sprak een Woord. Johannes weet wat dat Woord van God is; dat is Gods Zoon, van eeuwigheid geboren in Gods diepste innerlijk, zijn Zelf die Hij wil meedelen aan anderen, zijn Woord dat Hij spreekt en waarmee alles begint.

Eerst zegt Johannes: “In het begin was het Woord.” Daarna zegt hij: “Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond.” Heel die Big Bang, heel dat kosmische vuurwerk, heel die eindeloze keten van beginnend leven tot en met de dinosaurussen, dat alles heeft ertoe geleid dat dit Woord van God, Gods diepste Zelf, hier en nu, in vlees en bloed, is mensgeworden.

In de tweede lezing, in Brief aan de Hebreeën horen we het opnieuw: “Nadat God eertijds vele malen en op velerlei wijzen tot onze vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij nu, op het einde der tijden, tot ons gesproken door de Zoon, die Hij erfgenaam gemaakt heeft van al wat bestaat en door wie Hij het heelal heeft geschapen. Hij is de afstraling van Gods heerlijkheid en het evenbeeld van zijn wezen. Ook Jesaja in de eerste lezing speurt naar die kosmische betekenis van Gods plannen: “Alle grenzen der aarde hebben het heil van onze God aanschouwd.” Zo kan Jesaja spreken over de vreugdebode, die vrede meldt en goed nieuws verkondigt.

Voor een gelovig mens zijn geloof en wetenschap niet strijdig met elkaar, als mensen in beide maar eerlijk en onbevooroordeeld werken. De god van de wetenschap is een logische verklaring voor de oorsprong. De God van Jezus Christus is Iemand die mijn leven en deze samenleving zin en betekenis en richting geeft. Een gelovige wetenschapper zal beide kanten in de gaten houden, al naar gelang hij bezig is met zijn werk of met zijn persoonlijk leven. Een moderne mens die midden in deze wereld staat en de wetenschappelijke ontwikkelingen volgt, die weet ook dat al die kennis, uiteindelijk heel beperkt is. Die weet ook dat waar het in het leven echt om gaat niets met wiskunde of techniek te maken heeft; want het gaat erom hoe ik mens ben, hoe wij mens zijn, of deze wereld menselijker wordt, of alle mensen de kans krijgen mens te zijn, in vrijheid te leven en deel te hebben aan het goede dat God geeft.

Ik geniet van goede wetenschap en vind het leuk dat de katholieke Belgische priester Georges Lemaître de ontdekker is van de Big Bang theorie. Maar wetenschap heeft zijn grenzen. De god van de filosofen en van de wetenschap kan mij best helpen in mijn verstand, in mijn ratio. Maar dat is maar een deel van mijn bestaan. God is mens geworden. In Jezus kan ik zien wat Mens zijn is naar Gods bedoeling; hoe leven, hoe spreken, hoe werken, hoe sterven? Waarom leven, waarom spreken, waarom werken, waarom sterven? Hoe liefhebben, hoe hopen, hoe volhouden, hoe omgaan met tegenslag; hoe mens zijn, zoals God het heeft bedoeld.

We vieren Kerstmis. Johannes zegt: “Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond.” Een woord heeft betekenis en inhoud. Wij mensen zijn bedoeld als Goede Woorden van God in deze wereld. Goede woorden voor elkaar. Wijzelf zijn bedoeld als Blijde Boodschap; Gods Woord in Vlees en Bloed, zoals Hij, Jezus Christus, onze Heer. Amen. Zalig Kerstfeest.

Voorbede

Wij bidden tot God die ons leven wil delen.

Wij bidden voor alle gelovigen op aarde, dat zij vreugde vinden in de Blijde Boodschap, Gods Woord; dat zij in Christus zin en betekenis mogen vinden voor hun bestaan; dat zij de vreugde van Gods liefde met de naaste delen. (Laat ons [zingend] bidden).

Wij bidden voor de samenleving, voor ons land, voor de politiek, voor wetenschappers en technici, dat allen steeds mogen beseffen dat mens-zijn alles overtreft, dat Christus het voorbeeld is van de ware mens en van de ware menselijkheid. (Laat ons bidden).

Wij bidden voor onze parochie en onze parochiekern. Wij vragen om Gods hulp, dat wij in de wereld kunnen staan en toch ons geloof vasthouden en trouw blijven; dat wij ons niet laten opslokken door de stroom aan geluiden en meningen, maar eenvoudig ons weg gaan Hem achterna. (Laat ons bidden).

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor ouders, kinderen en kleinkinderen. Wij vragen dat groot en klein vreugde mag beleven aan Gods liefde voor alle mensen. Dat ze mogen ontdekken hoe wij, kleine mensen, groot kunnen zijn in daden van geloof, hoop en liefde. (Laat ons bidden).

Back To Top