Dit weekend horen we weer over licht. Onze wereld heeft licht nodig. Wij worden vandaag herinnerd aan onze zending om licht van de wereld te zijn. Door onze goede daden tonen we hoe goed God is. Met Hem verbonden en door Hem gevoed vinden wij kracht om licht van de wereld te zijn.
Eucharistieviering in de parochie van de H. Augustinus, in de kerken van de H. Willibrordus (Wassenaar), de H. Joannes de Doper (Katwijk) en de H. Willibrord (Oegstgeest), weekeinde van 8 en 9 februari 2020, om 19.00, 09.30 en 11.00 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.
Preek: A2020DHJ05A
Lezingen
E.L: Jesaja 58, 7-10
Psalm: Ps. 112 (111), 4-5, 6-7, 8a en 9
T.L: 1 Korinte 2, 1 -5
All: Johannes 6, 64b en 69b
EV: Matteüs 5, 13-16
Homilie
“Jullie zijn het licht van de wereld.” Stel dat Jezus hier even de kerk binnenkomt en rustig door het middenpad loopt en langs de zijpaden en ieder van u aankijkt en dan zegt: “U ben het licht van de wereld”. Heel persoonlijk tegen u: “U bent het licht van de wereld”. En dan hier vooraan komt staan en hier zegt: “Jullie zijn het licht van de wereld.” Wat zou dat met u doen?
Wij geloven dat als het Evangelie verkondigd wordt, Jezus zelf tot ons spreekt. Daartoe krijgt degene die het Evangelie voorleest een zending. De bisschop, de priester, de diaken wordt gezonden om het Evangelie te verkondigen en dan geldt wat Jezus tegen zijn leerlingen zei: “Wie naar u luistert, luistert naar Mij” (Lucas 10,16a). Daarom gaan we staan, tekenen onze mond, ons hooft en ons hart met het kruisteken, we antwoorden dat de Heer met de voorlezer is door te zeggen: “En met uw geest”. En we antwoorden aan het einde op het “Woord van de Heer” met: “Wij danken God”.
Dus niet alleen als Jezus hier zou binnenwandelen en u persoonlijk aan zou spreken met de woorden: “Jij ben het licht van de wereld”, ook nu geldt dit woord voor ieder van ons persoonlijk.
Als Jezus zegt: “Jullie zijn het licht van de wereld.”, klinkt er een verlangen van Hem in door, zijn verlangen dat we inderdaad zijn licht in de wereld laten stralen. Jezus beseft heel goed dat het ook anders kan lopen, dat wij wel dat licht zijn, lampen door hemzelf aangestoken, maar dat we zijn licht toch niet uitstralen, daarom geeft Hij dat voorbeeld: “Men steekt toch ook niet een lamp aan om ze onder de korenmaat te zetten, maar men plaatst ze op de standaard, zodat ze licht geeft voor allen die in huis zijn”.
De vraag is: “Hoe ben je licht?” De eerste lezing is daarin heel duidelijk: “Deel uw brood met de hongerigen, neem de dakloze zwervers op in uw huis, kleed de naakten die gij ziet, en keer u niet af van uw medemensen. Dan zal uw licht stralen als de dageraad …”. Jezus sluit aan bij wat de profeet Jesaja ruim zeven eeuwen voor Christus al verkondigde.
Eigenlijk moet je zeggen: “Zo eenvoudig is het”. “Deel uw brood met de hongerigen, neem de dakloze zwervers op in uw huis, kleed de naakten die gij ziet, en keer u niet af van uw medemensen”. Jezus heeft een gemeenschap voor ogen die doet zoals Hij het Zelf heeft voorgedaan. Hij ontving de zieken, Hij raakte melaatsen aan, Hij liet zich zalven door een prostituee, nam een overspelige vrouw in bescherming en zei haar daarna heel persoonlijk dat ze niet meer moest zondigen. Jezus toonde het barmhartige gelaat van de Vader. Zo was Hij het Licht van de Vader, zo doorbrak Hij de duisternis, vooral voor hen die het meest van die duisternis te lijden hadden. Zoals Hij deed, zo wil Hij dat zijn leerlingen doen; dat wij doen: “Jullie zijn het licht van de wereld.”
Ik denk dat als er een vergelijkend onderzoek zou worden gehouden tussen Het Leger des Heils en de Rooms Katholieke Kerk, dat het Leger des Heils bij een aantal mensen meer respect en waardering ontvangt dan de Rooms Katholieke Kerk, eenvoudig omdat zij zichtbaar aanwezig zijn waar menselijke nood is. Zij zorgen voor slaapplaatsen voor daklozen en vangen mensen op. Hoeveel hebben wij als kerk de afgelopen decennia gebouwd voor daklozen opvang, met douche en slaapgelegenheid, met een ontvangsruimte en een eetzaal? Namen soms de Franciscanen vroeger daarin het voortouw, nu horen we of zien we in onze eigen Kerk te weinig van dit soort initiatieven.
Zou het beter gaan met de Kerk als we dat wel zouden doen? Nee en ja. Ook het Leger des heils is de afgelopen jaren sterk gekrompen. In een recent onderzoek van het NRC bleek dat Nederlanders in 1999 nog bijna één procent van het bruto binnenlands product uitgaven aan filantropie, in 2015 was dat met een kwart verminderd. Nederlanders zijn minder opofferingsgezind geworden. Dus we moeten niet denken dat als wij ons meer inzeten voor de armsten, dat dan de kerken ineens weer volstromen. Dat is ook niet waar het Jezus om gaat. Het is zijn liefde, zijn betrokkenheid, zijn oog voor de armen en zwakken waarvan Hij wil dat dit licht uit onze ogen straalt.
Want ook als de kerk er niet door volloopt, zegt Hij toch: “Zo moet ook uw licht stralen voor het oog van de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader verheerlijken die in de hemel is.” Onze goede werken mogen, ja moeten zichtbaar zijn. Respect voor het Leger des Heils is ook respect voor de Bijde Boodschap van waaruit zij werken. Dat respect verheerlijkt de Vader die in de Hemel is en die zijn Zoon heeft gezonden.
Willen wij dat we als Kerk weer respect verdienen, dan moeten we Jezus navolgen. Op de maandag ben ik vaak bij de zusters van Moeder Teresa die in Rotterdam bijna dagelijks 60 tot 80 daklozen en anderen ontvangen aan hen een maaltijd verstrekken en aan vrouwen tijdelijk onderdak verlenen. Moeder Teresa heeft dit Woord van Jesaja en van Jezus begrepen, zij hoorde hoe Jezus tot haar sprak: “Ga naar de minsten van de mijnen”. Dat heeft ze gedaan en haar zusters zetten haar zending voort vanuit dezelfde inspiratie. Zo is Moeder Teresa een licht in de wereld geworden. Wanneer zo het licht van Christus in de wereld straalt, zullen de mensen respect hebben voor Christus en zijn Kerk. Dan zullen de mensen opnieuw vertrouwen krijgen in die Blijde Boodschap. Daarom moeten wij dat licht uitstralen door onze goede werken. Amen.
Voorbede
Bidden wij tot God in geloof en vertrouwen.
Wij bidden voor de Kerk, dat het Licht van de goede werken in navolging van Christus, in onze Kerk en in onze gemeenschap, steeds meer mag stralen, dat we door de liefde van Christus ons bekommeren om hen die God op ons pad brengt. (Laat ons [zingend] bidden):
Wij bidden voor onze samenleving, dat we werken in verbondenheid met alle mensen van goede wil, dat we maatschappijbreed samenwerken om te bouwen aan een beschaving van liefde, waarin we oog hebben voor zwakken en kwetsbaren. (Laat ons [zingend] bidden):
Wij bidden voor onze parochie en onze parochiekernen, dat we dwaas durven zijn zoals Jezus, dat we goedheid tonen waar hardvochtigheid is, dat we liefde tonen waar afwijzing heerst, dat we daarmee zelf beginnen in onze eigen gemeenschap en zo Gods Koninkrijk zichtbaar maken. (Laat ons [zingend] bidden):
Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen, dat we samen bouwen aan een mentaliteit waarin we ons inzetten voor vluchtelingen en ontheemden en hen niet veroordelen of laten staan. (Laat ons [zingend] bidden):
Intenties