Ga naar hoofdinhoud

Christus verbindt hemel en aarde. Door Hem blijven wij met onze overleden dierbaren verbonden. Op deze gedachtenis van Allerzielen willen we die verbondenheid vieren in de Eucharistie en willen we bidden voor allen die ons gebed nodig hebben.

Eucharistieviering in de kerk van de HH. Laurentius en Elisabeth (kathedraal), donderdag 2 november 2023, om 09.30 en 19.30 uur, door plebaan Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: A2023ALLZA

Lezingen

E.L: Jesaja 25, 6a. 7-9
Psalm: Ps. 23 (22) 1-3a, 4-6
T.L: Apocalyps 21, 1-5a. 6b-7
All. Vers. Apocalyps 14, 13
EV: Lucas 23, 33, 39-43

Homilie

Twee weken geleden, op 15 oktober – heeft paus Franciscus een tekst gepubliceerd, een pauselijke exhortatie, een aansporing, over een jongen religieuze, Theresia van Lisieux. Ze was 24 jaar oud toen ze stierf, maar ze had met een groot religieus aanvoelen waardoor zij diepe geloofswaarheden eenvoudig onder woorden bracht.

Ik haal dit naar voren, vanavond op Allerzielen, omdat Theresia ook over het purgatorium heeft geschreven. In het Nederlands is dat het vagevuur. Dat woord vagevuur stamt van het Middelnederlandse vâgen, dat betekent zoiets als “reinigen”, “schoonvegen”, “schoonmaken”, “zuiveren”. Vagevuur betekent dus zoveel als een vuur dat de ziel van de overledene zuivert.

Ik haal dit aan omdat de gedachtenis van Allerzielen veel te maken heeft gehad met het geloof in een louteringsplaats, een fase van zuivering voordat we God onbelemmerd kunnen aanschouwen van aangezicht tot aangezicht.

In onze tijd denken niet veel mensen meer aan dat purgatorium, het vagevuur. In de voorbije eeuwen waren er tijden waarin er heel veel aandacht voor was. Er zijn afbeeldingen, schilderijen, altaarstukken, met wenende zielen in die plaats van loutering. Die afbeeldingen waren bedoeld om ons te stimuleren hen niet te vergeten en voor hen te bidden. Die traditie is in de Kerk al heel oud; de aansporing om voor onze overledenen te bidden. Dat is ook de basis voor deze gedachtenis van Allerzielen. Het is de achtergrond van de misintenties voor onze dierbare overledenen.

Toch is de gedachtenis van Allerzielen praktisch gezien steeds meer een gedenken van de overledenen geworden, een moment van rouwverwerking, delen van elkaars verdriet en tegelijk de hoop op eeuwig leven voor onze dierbaren. De kunst is natuurlijk om beide kanten bij elkaar te houden, zoals het er in ons katholieke geloof steeds om gaat het evenwicht te bewaren en niet in een of ander uiterste te vervallen.

Ik haalde Theresia van Lisieux aan, want zij heeft zo haar eigen visie op dat purgatorium, dat vagevuur. Daarvoor gaan we naar het Evangelie van Jezus’ kruisdood. Een van de twee misdadigers naast Jezus zei: “Jezus, denk aan mij wanneer Gij in uw Koninkrijk zijt gekomen.” En Jezus sprak tot hem: “Voorwaar, Ik zeg u: vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs.”

Deze misdadiger maakte zijn loutering al door op aarde, hij deelde de kruisdood met Jezus. Hij betuigde spijt, hij bad en stelde zijn vertrouwen op de goedheid van Jezus, op de goedheid van God. Daar vond zijn loutering plaats en kreeg hij te horen: “Vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs.”

Nu hoor ik in onze tijd wel vaker zeggen: Mijn broer, zus, vader, moeder, mijn opa, oma, oom, tante, mijn zoon, mijn dochter. Het was een goed mens, als die niet in de hemel komt, dan komt er niemand binnen. Dit weerspiegelt het denken van onze tijd. Het is een reactie op de vorige eeuwen waarin men dacht dat vrijwel iedere mens eerst heel wat jaren in dat vagevuur zou moeten doorbrengen. De waarheid ligt toch vooral in het midden.

Theresia van Lisieux herinnert ons eraan dat als wij een band met God opbouwen als die van een kind met God als Vader, wij dan vol vertrouwen de dood tegemoet mogen zien. Dan hoef je eigenlijk niet echt rekening te houden met die loutering. Maar daarbij gelden wel wat voorwaarden.

Wanneer wij denken: Wij zijn niet zuiver genoeg voor de hemel, niet zuiver genoeg om God te zien van aangezicht tot aangezicht, dan hebben we gelijk. “God ik durf niet omhoog te kijken, want ik ben een zondaar”. Het is zoals Petrus die na de wonderbare visvangst tegen Jezus zegt: “Heer ga weg van mij, want ik ben een zondig mens”. Maar Jezus gaat niet weg, Jezus zegt: Ik maak van jullie mensenvissers. Wie zich, wetend dat hij of zij tekortschiet, wetend dat het niet allemaal gelukt is, wetend dat er heel wat heeft ontbroken aan ons leven aan geloof en naastenliefde, liefde en eerbied en trouw aan God, wie zijn of haar tekortkomingen kent en zich dan toch vol vertrouwen in Gods armen werpt, omdat hij van God houdt, omdat hij vertrouwt op Gods vergevende liefde, zo iemand is als de moordenaar naast Jezus op het kruis, die mocht horen: “Vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs.”

Ik bespeur in onze tijd een sfeer waarin mensen zeggen: God is goed, God laat zijn kinderen niet in de kou of in de hitte staan. Dat is een mooie gedachte, dat gaat in de richting van wat Theresia van Lisieux ons voor ogen stelt. Vertrouwen op Gods barmhartigheid. Toch heeft onze tijd ook een risico, dat we denken: “Ik ben niet zo slecht, wat heb ik nou verkeerd gedaan?” Dan naderen we God niet met spijt, dan doen we alsof we recht hebben op de hemel en dat werkt juist averechts.

Vandaag zijn we hier op Allerzielen. Aan de ene kant willen we herdenken, terugdenken aan het verdriet en het verlies. Tegelijk willen we hier samen zijn in het geloof dat onze dierbaren veilig zijn in Gods liefde. Ook willen we stilstaan bij ons eigen leven, want ook ons leven eindigt een keer hier op aarde. Daarvoor is er deze gedachtenis van Allerzielen. We bidden voor onze dierbaren, we proberen nuchter te kijken naar de goede kanten en ook de tekorten. We willen groeien in vertrouwen op Gods barmhartigheid en nuchter erkennen dat we ook zelf onvolmaakt zijn. Dan zal Gods troost ons hart vervullen, dan mogen we erop vertrouwen dat we eens samen zijn, met onze dierbaren, in Gods Vaderhuis, in Gods land van Licht en Vrede. Amen.

Voorbede

Wij bidden vol vertrouwen tot God, onze barmhartige Vader.

Wij bidden voor de zielenrust van al onze dierbaren die ons in de dood zijn voorgegaan, dat zij mogen leven in het licht van Gods barmhartige gelaat, dat zij vrede hebben en eeuwige vreugde. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor al diegenen die deze dagen treuren om de dood van een dierbare, dat zij woorden van troost mogen horen, dat zij nabijheid en aandacht mogen krijgen met een luisterend oor, dat zijn hun verhaal kunnen doen en het verlies verwerken. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor al diegenen die door hun roeping of hun beroep aanwezig zijn bij de lijdende en stervende mens, dat zij steeds opnieuw de gave mogen ontvangen om te luisteren en daar te zijn waar ze nodig zijn. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen, dat het verlies van een dierbare hen dichter bij elkaar mag brengen en hun geloof in het eeuwig leven versterken. (Laat ons [zingend] bidden):

Intenties

Back To Top