Ga naar hoofdinhoud

Waar bent u bang voor? Breng het bij Hem. En bidt straks diep in uw geest, dat Hij die angst wegneemt.

Eucharistieviering in de parochies van de H. Machutus, te Monster op 8 juni 2003, om 10.30 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: B2003TMPTPiB

Lezingen

E.L.: Hand. 2,1-11.
Ev.: Joh. 15, 26-27. 16, 12-15

Homilie

Waar bent u bang voor? Een vreemde vraag misschien vandaag op dit grote Pinksterfeest. Maar wanneer bijvoorbeeld Martin Verkerk vandaag bang is om te verliezen, dan is de kans groot dat hij verliest. Angst werkt verlammend, angst is een slechte raadgever, angst maakt ziek. Natuurlijk kan angst ook kracht geven, kracht om weg te lopen, te vluchten, wanhoopsdaden kunnen moedig lijken, maar het is uit kracht van de angst. Martin heeft het voordeel van de underdog. Hij heeft het al bereikt, hij kan niet meer verliezen. Als hij zo de angst tot een minimum laat teruglopen, dan blijft er alleen nog die extra prikkel over om je uiterste best te doen.

Maar ik begon deze preek met de vraag: ‘Waar bent u bang voor?’ Want het gaat hier in de kerk niet echt om de tennisuitslag, maar om u en mij. Gisteren zijn we met een bus uit de HGMP naar Utrecht geweest. Een goed programma. Zo’n 10.000 bezoekers, goede sprekers, Ruud Lubbers vanuit het hoge commissariaat voor de vluchtelingen en als katholiek sprak over wat er op dit terrein zich allemaal afspeelt en je houding daarin als katholiek. Daarvoor was er een vluchtelinge die midden in de stammenoorlog in Rwanda, zij was moeder van drie kinderen. Van haar familie zijn er zoveel vermoord dat ze in een paar dagen moeder werd van 17 kinderen. Want zo gaat het daar. De familieband is heilig. De kinderen van je zus, zijn jouw kinderen.

Waar was zij bang voor? Dat zulke dingen zich gaan herhalen. De angst gaf haar kracht om te vluchten. Ze kwam naar Nederland. Ze kende Nederland. Niet uit eigen ervaring, maar door de Kerk. Dat was het land waar het Christendom vandaan kwam. Daar kwamen de missionarissen vandaan die in haar land kerken hadden gebouwd en missieposten en ziekenhuizen en scholen. Door dit land had ook haar familie Christus leren kennen. Daar ging zij naar toe.

Dan beschrijft zij de teleurstelling als ze in Nederland is. Het Paradijs, dacht ze eerst. Ze zocht een kerk en ze zocht de gelovigen. De kerk vond ze, maar deze was leeg. In de vieringen zaten een handjevol ouderen. Ze beschrijft haar onbegrip: “Hoe kan dat?” Het land waar de missionarissen, zusters, paters en broeders, financiële steun, zoveel goeds vandaan kwam en daar zat niemand meer in de kerk.

Het zette haar aan het denken en aan het bidden tot het moment dat het duidelijk werd. Ze zei:” Ik begreep dat ik niet naar Nederland was gekomen om te vluchten, om in het Paradijs te zijn. Ik ben hierheen gekomen om Gods wil te doen. Gods wil. Zorgen voor de opvang van Rwandese weeskinderen. Een moeder voor hen zijn. Haar kinderen meenemen naar de kerk.” Ineens zitten er weer kinderen in de kerk. Ze doet goed, daar gaat het om en iets goeds, dat je doet werkt onverwacht in andere dingen door. Waar was zij allemaal bang voor? Maar ze overwon haar angst. Of zal ik zeggen God overwon haar angst, de heilige Geest overwon haar angst en maakte haar tot een steun en toeverlaat voor veel anderen.

Waar bent u bang voor? Misschien denkt u. Ik ben nergens bang voor. Dan denk ik, daar vergist u zich in. Iemand die nergens bang voor is, loopt groot gevaar afgestompt te zijn, tenzij hij of zij deze angst heeft overwonnen met Gods hulp. Iemand die zijn leven waardeloos vindt, die zichzelf waardeloos vindt, die alles waardeloos vindt, die is nergens bang voor. Maar hoe meer je hebt, hoe waardevoller het leven is, des te eerder de angst oploopt. De finale verliezen is meer verliezen dan een voorronde.

Hoeveel mensen hebben niet een latente angst als de kinderen op vakantie gaan. “Pastoor, ik ben zo blij als ze allemaal weer veilig thuis zijn.” Angst voor ziekte, de angst zelf is al ziekmakend. Maar ook angst om je sociale contacten te verliezen, dus geef je gemakkelijk toe. Angst.

Wat waren ze bang, die leerlingen, bang dat het hun ook zo zou vergaan als Jezus. Dat ze allemaal opgepakt zouden worden en opgesloten en terechtgesteld. De deuren waren dicht uit angst voor de Judeeërs. Ze waren zelf opgesloten in hun angst. Weet wat ook zo’n angst is in onze tijd. Angst om dood te gaan. En wat is nog een grotere angst, lijkt het; angst voor de ontluistering, angst voor de aftakeling, angst om zo oud te worden dat er niets leuks of aardigs meer aan is, angst voor de rimpels en het uitgezakte lichaam, angst voor dementie, angst voor de eenzaamheid, angst voor de pijn en verlies van je menselijke waardigheid, angsten die leiden tot een vraag om euthanasie,

Die leerlingen waren bang voor de dood. Bang voor de marteling, bang voor van alles. Wat gebeurt er met Pinksteren? De angst wordt weggenomen, alle angst wordt weggenomen. Alle angst. Het enige wat daarvan overblijft, is de prikkel om tot het uiterste te gaan. Het is God, die deze angst in hen overwint. Ze voelen God Zelf in zich, in hun hart, in hun Geest. De Geest van Jezus, de Geest van zijn Vader, de Geest die moed geeft, vuur van liefde, de liefde en de moed van Jezus. De Geest die je woorden geeft, de woorden van Jezus. De Geest de een maakt, de eenheid van Jezus.

Jezus is opnieuw de levende geworden. Hij had de dood al overwonnen voor Zichzelf. Nu overwint Hij hem ook in hen. De Kerk overwint de dood. Dood waar is je angel en je prikkel?

Waar bent u bang voor? Breng het deze viering bij Hem. En bidt straks diep in uw geest, dat Hij die angst wegneemt. In de Kerk, in Gods Koninkrijk gaat het niet om een lang aards leven, gaat het niet om aardse schoonheid, gaat het niet om al die relaties die je aards met elkaar bindt, het gaat om eeuwig leven voorbij de dood, om schoonheid in de ziel, in wat je zegt en doet, om relaties die een zegen zijn, om bezigheden die God vraagt, om leven vanuit God.

Pinksteren, het is een zegen, een feest, moge zijn vuur onze harten ontsteken. Ik bid met u het gebed tot de heilige Geest: ‘Kom heilige Geest, vervul …… Amen.

Back To Top