Ga naar hoofdinhoud

Afgoden zijn goden die we zelf maken, omdat we denken dat we het met de afgoden zelf in de hand hebben. Het gaat om de vraag waar jij je heil van verwacht, waar jij je geluk van verwacht, je toekomst, de zin van jouw bestaan.

Eucharistieviering in de parochie van de H. Augustinus, in de kerk van de H. Willibrordus (Wassenaar) en de H. Laurentius (Voorschoten), weekeinde van 21 en 22 maart 2015, om 19.00, 09.30 en 11.00 uur, door pastoor Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Eucharistieviering beluisteren vanuit de H. Willibrordus te Wassenaar (MP3)

Preek beluisteren vanuit de H. Willibrordus te Wassenaar (MP3)

Preek: B2015QDR05BAUFX

Lezingen

E.L: Jeremia 31, 31-34
Ps: 51 (50), 3-4, 12-13, 14-15
T.L: Hebreeën 5, 7-9
Ev.vs: Johannes 12, 26
EV: Johannes 12, 20-33

Homilie

De profeet Jeremia zegt nogal wat: “Dat Verbond hebben zij verbroken”. Is het mogelijk dat een verbond tussen God en de mensen verbroken wordt? Het Verbond waar Jeremia op doelt is het Verbond van Mozes op de berg Sinaï. Daar heeft God beloofd dat, als zij zich aan zijn Verbond zouden houden, Hij hun God zou zijn en zij, bijzonder onder alle volken, zijn Volk zouden zijn.

Wat ging er fout? Wat is dat verbreken van het Verbond tussen God en zijn Volk? Het heeft alles met de afgoden te maken. Eenmaal in hun land gevestigd, verslapt het geloof en ook de band met God. Waar gaat het om bij de afgoden? Het gaat om de vraag waar jij je heil van verwacht, waar jij je geluk van verwacht, je toekomst, de zin van jouw bestaan. Verwacht je dat van de god van de gezondheid of van de god van de handel en economie, verwacht jij je heil van de god van vruchtbaarheid en macht, de god van geweld, de god van de muziek of de kunst? Van welke goden verwachten wij ons heil?

Afgoden zijn goden die we zelf maken. Het zijn dus geen goden, maar ze worden wel een werkelijkheid en ze gedragen zich als goden, ze eisen ons op, leggen beslag op ons leven, gaan ons regeren en ons overheersen. Wij maken onze eigen afgoden en maken zo onszelf onvrij. Hoe komt dat? Omdat we denken dat we het met de afgoden zelf in de hand hebben, dat we het leven zelf in regie houden met handel en economie, met medische kennis, met wetenschappelijke inzichten in sociologie, psychologie, techniek, recht en alles wat we zelf ontwikkelen. We denken daarmee de regie te houden, maar zonder dat we het beseffen, nemen zij de regie over, ze worden een grootheid, een systeem, een meta-werkelijkheid die we niet meer in de hand hebben.

Bevrijding bestaat erin dat we ons richten op God, de enige echte, de enige ware, die wij niet hebben gemaakt en die ons vrij maakt, die ons doet worden zoals we zijn bedoeld. Afgoden hebben een andere visie op de mens. Voor de afgoden is de mens een productie-eenheid, een consument, een voorwerp van onderzoek dat je kunt manipuleren, een object van studie. Afgoden houden niet van mensen, afgoden dienen de mensen niet, zij zijn er niet voor de mensen, de mensen zijn er voor hen. De afgoden roepen: “De klant is koning”, maar in werkelijkheid zijn zij koning en keizer en alleenheerser. Afgoden worden geschapen om de werkelijkheid in de greep te krijgen. Vervolgens nemen deze afgoden dan ook de werkelijkheid in de greep. Alleen God maakt vrij, God heeft de mens lief want Hij is onze Schepper.

Israël loopt achter de afgoden aan, want zij willen hun gesettelde samenleving in stand houden, ze hebben allerlei belangen gekregen en die worden belangrijker dan wat ze geleerd hadden in de woestijn.

Vandaag maken we in het Evangelie een bijzonder moment mee. Een paar Grieken zoeken Jezus, ze vragen naar Hem en willen met Hem in contact treden. De Griekse cultuur was de dominante cultuur. Het is alsof een paar wetenschappers bij Paus Franciscus te rade willen gaan. Deze Grieken hebben, door het Joodse geloof, God leren kennen en nu komen ze op het spoor van Jezus. Wat zoeken zij? Vinden ze in de Thora, in het Farizeïsme, in de tempeldienst, in de Psalmen en de profeten niet genoeg? Wat beweegt hen om met Jezus in contact te willen komen?

We horen niet dat Jezus hen te woord staat. Daarvoor in de plaats zegt Jezus iets opmerkelijks: “Het uur is gekomen”. Het lijkt erop dat Jezus dit verzoek van deze Grieken, van deze heidenen, herkent als een teken dat de nieuwe tijd doorbreekt. Zelfs de Grieken hebben honger naar Gods Woord. Het land van de filosofen wil luisteren naar Gods Wijsheid. Wat is het antwoord van Jezus op dit verzoek, wat antwoordt Hij aan deze Grieken? Hij zegt: “… als de graankorrel niet in de aarde valt blijft hij alleen; maar als hij sterft brengt hij veel vrucht voort. Wie zijn leven bemint verliest het; maar wie zijn leven in deze wereld haat zal het ten eeuwigen leven bewaren. Wil iemand Mij dienen dan moet hij Mij volgen …”

Hij zegt hen niets anders dan wat Hij zijn leerlingen al heeft voorgehouden. Wil je God dienen, God liefhebben, dan moet je deze wereld van hebben en grij¬pen, van beheersen en heersen, van ultieme regie en autonomie, prijsgeven, ja zelfs haten, om je helemaal te kunnen geven aan God. Dan zul je vrij wor¬den en uiteindelijk worden wie je bedoeld bent te zijn, Gods geliefd mensen¬kind. Wie die weg van Jezus gaat, staat niet meer onder de macht van de eigengemaakte goden die deze wereld beheersen. Wanneer Jezus voor ons aan het kruis is verheven, wordt er een nieuw Verbond bekrachtigd, een Verbond van vergevende liefde. Jezus zegt: “Nu heeft er een oordeel over de wereld plaats, nu zal de vorst dezer wereld worden buitengeworpen; en wanneer Ik van de aarde zal zijn omhooggeheven zal Ik allen tot Mij trekken.” Allen; dat is Jood en Griek en iedereen.

Jezus heeft moeten ondervinden wat die gehoorzaamheid, dat horen en doen, tot en met het kruis van hem vraagt. Door Hem leren wij diezelfde gehoorzaamheid van het geloof, gehoorzaamheid aan Gods liefdevolle en heilbrengende wil. Dan is er een Nieuw Verbond in onze harten neergelegd. Geen hart van stenen platen meer, maar van Vlees en Bloed, zijn Vlees en Bloed, zijn levend Lichaam. Amen.

Voorbede

Pr: Bidden wij tot God in geloof en vertrouwen.

Wij bidden voor de Kerk. Dat alle gelovigen steeds duidelijker de eigengemaakte goden en de eigengemaakte belangen mogen herkennen. Wij vragen om Gods genade dat allen, door Jezus na te volgen, vrij worden om God te dienen, Hem te beminnen en zijn liefde door te geven. (Laat ons [zingend] bidden.)

Wij bidden voor onze wereld die elke tijd weer nieuwe goden schept om de macht te handhaven. Dat ook deze wereld mag inzien dat alleen God de Vader ons vrijmaakt door de kruisweg die Jezus ons is voorgegaan. (Laat ons bidden.)

Wij bidden voor God-zoekers, dat zij mensen ontmoeten die in de praktijk van het leven Gods goedheid en wijsheid weerspiegelen, dat zij zo goed en kwaad, God en afgod, herkennen en kiezen voor Christus en zijn Kerk. (Laat ons bidden.)

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen, dat de families een leerschool mogen zijn in wijsheid en liefde. Dat groot en klein elkaar helpen om de wegen van Jezus te gaan. (Laat ons bidden.)

Intenties

Back To Top