Ga naar hoofdinhoud

Profeten spreken, ook als het niet welkom is. Wij zijn hier om Gods Woord in ons hart te laten klinken.

Eucharistieviering in de parochie van De H. Augustinus, in de kerken van de HH. Laurentius en Elisabeth (kathedraal), de H. Liduina (Hillegersberg), de Pax Christi (Spangen) en geloofsgemeenschap Overschie, weekeinde van 10 en 11 juli 2021, om 17.00, 19.00, 09.30 uur en 11.00 uur, door plebaan Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: B2021DHJ15B

Lezingen

E.L: Amos 7, 12-15
Psalm: Ps. 85 (84), 9ab-10, 11-12, 13-14
T.L: Efeziërs 1, 3-14 of 3-10
All. Vers. Matteüs 11, 25
EV: Marcus 6, 7- 13

Homilie

Wanneer wij het Onze Vader bidden, beginnen wij met drie beden die op God betrekking hebben. We bidden dat Gods Naam zal worden geheiligd, dat Gods Koninkrijk zal komen en dat – net als in de hemel – ook hier op aarde Gods wil zal gebeuren. Zo heeft Jezus ons leren bidden voor Gods Naam, Gods Rijk en Gods Wil, voordat we bidden voor ons dagelijks brood en vergeving van onze schulden. Zo leert Hij ons om in ons leven God en de dingen van God steeds op de eerste plaats te zetten; Gods wil, Gods geboden, Gods Woord. Een andere keer zegt Jezus het zo: “ … zoekt eerst het Koninkrijk en zijn gerechtigheid: dan zal dat alles u erbij gegeven worden” (Matteüs 6, 33).

Waarom gebeurt dat niet vanzelf, waarom doen mensen het kwade dat God niet wil en niet het goede dat God wel wil? God heeft hierbij geen belang voor zichzelf, het goede dat God wil, komt alleen ons mensen ten goede. Ook als wij zijn Naam eerbiedig gebruiken, want door zijn Naam te eerbiedigen leren wij ook in onze taal het onderscheid tussen wat heilig is of zondig, wat blijft of wat vergaat, wat wel of niet de moeite waard is. Onze taal heeft veel invloed op ons denken en doen.

Vandaag zien we in de eerste lezing een spanning tussen het Rijk van God en het rijk van de aardse koning, Jerobeam II. Israël is in die tijd welvarend. Ook handel in afgod-stieren brengt geld in het laatje. De rijkere bevolking steunt wel de eredienst in de tempel, maar tegelijk worden de armen uitgebuit en is de eredienst vooral een buitenkant. De profeet Amos komt daar tegenop. Maar dan zien we ineens iets wat heel modern klinkt. De overheid, de politiek en de media, ze komen in het geweer. Amos brengt onrust, Amos verstoort de tevredenheid van de bevolking, Amos bemoeit zich met zaken van de koning.

Hier zien we een conflict tussen “Kerk en staat” avant la lettre, lang voordat we in die termen zijn gaan spreken. We lezen het: “Ziener, u moet maken dat u wegkomt! … Hier in Betel mag u niet meer profeteren, want dit heiligdom is van de koning en dit gebouw van het rijk.” Stel dat de overheid zou bepalen wat ik hier mag zeggen, dat de Kerk geen kritiek mag hebben op de overheid, op de politiek, op de media, op de rechtspraak, op de economie en de commercie; stel dat de overheid de inhoud van de priesteropleiding bepaalt, dit kerkgebouw bezit, mij een salaris geeft en voorschrijft wat ik wel of niet mag zeggen. De profeet Amos krijgt het bevel om te verdwijnen. Dit heiligdom is van de koning, en de koning is niet gediend van jouw opmerkingen.

Maar Amos heeft een antwoord. Niet de koning heeft hem geroepen. Hij staat niet in dienst van de koning. God heeft hem geroepen, God heeft hem van zijn boerderij geplukt en erop uit gestuurd. God legt hem deze woorden in de mond. Amos komt op voor Gods Verbond waaraan ook de koning zich te houden heeft. Scheiding van Kerk en staat, het is een groot goed, het geeft de Kerk haar vrijheid terug om haar profetische taak werkelijk te vervullen.

Je zou je het volgende kunnen afvragen: Als de Kerk in de geschiedenis vrijer was geweest en directer had gesproken tegenover de staten en de koningshuizen, tegenover de handelsmachten en industrieën, zou de Reformatie dan ook geleid hebben tot een kerkscheuring? Zou het Communisme zijn opgekomen als de Kerk zelf haar kritiek en haar analyses eerder had gepubliceerd dan Karl Marx. Had de Eerste Wereldoorlog voorkomen kunnen worden als door het spreken van de kerk de Christelijke landen hun Christelijke waarden boven hun handels-belangen en machtsaanspraken hadden gesteld.

Rond 760 voor Christus werd de profeet Amos geroepen en hij heeft gesproken, in alle vrijheid, radicaal en duidelijk. Twintig jaar later rond 740 voor Christus werd Jesaja geroepen, ook hij heeft duidelijk gesproken. Ook naar hem werd niet geluisterd. Maar wat de profeten aankondigden, werd gaandeweg werkelijkheid. Wanneer Gods Volk het Verbond van God verlaat, heersen op de duur niet langer Gods heilzame wetten, maar gaat de wet van de sterkste regeren, de macht van het geweld en de heerschappij van de uitbuiting. De profeten moesten spreken, ook als er niet werd geluisterd. De Kerk moet spreken, ook al luisteren regeringen niet; hebben economen er maling aan en gaan de media hun eigen commerciële weg.

Jezus weet vooraf of er geluisterd wordt of niet, Hij weet ook dat Hij Zelf aan het kruis zal gaan, omdat de machten van zijn tijd het aanbod van God zullen afwijzen. Toch zendt Hij zijn leerlingen. Hij zendt ze als lammeren tussen wolven, als duiven tussen haviken. Ze moeten Hem navolgen, zijn houding aannemen en mensen eenvoudig oproepen te kiezen voor Gods Koninkrijk.

Wie zo in dienst van God als Koning treden, mogen op God vertrouwen. Zij hoeven geen voedsel mee te nemen, geen reiszak, geen kopergeld in hun gordel. Zo gaan ze de strijd aan met de demonen, ontfermen zich over de zieken en roepen op tot bekering: Kies voor Gods Koninkrijk, richt je leven op Gods wetten en Gods Verbond, dan neemt de geschiedenis in jouw leven een keer ten goede. Doe je dat niet, dan blijf je aan de aarde vastgekleefd, dan wordt je naam in het stof van de aarde geschreven in plaats van in de palm van Gods Hand. Wij zijn geroepen in vrijheid te kiezen voor Hem die zijn leven voor ons heeft gegeven en te zeggen wat Hij ons te zeggen geeft. Amen.

Voorbede

Wij bidden tot God in geloof en vertrouwen.

Wij bidden voor alle gelovigen, dat Gods Woord hen vrij maakt van de macht van de wereld om te kiezen voor het goede dat God wil. Wij bidden dat Gods Kerk in alle landen vrij mag zijn van staatsbelangen, economische- of militaire belangen, om haar profetische stem ook in onze tijd te laten klinken. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze wereld, om een herbezinning op de fundamenten van ons bestaan, de fundamenten van onze rechtsbeginselen en het fundament van ons leven. Dat de machtigen der aarde begrip krijgen voor Gods wil. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze parochie en onze parochiekernen, dat wij als gelovigen vrij worden door Gods Woord, vrij om voor God en Gods Koninkrijk te kiezen. Dat we de sacramenten ontvangen die ons kracht en moed geven om de weg van Christus te gaan. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor gezinnen en alleenstaanden, voor echtparen, ouders, kinderen en kleinkinderen; dat we in deze vakantietijd met vreugde mogen genieten van Gods mooie schepping, dat we ons ook bezinnen en Gods schepping behoeden voor uitbuiting en vernieling. (Laat ons [zingend] bidden):

Intenties

Back To Top