Ga naar hoofdinhoud

Vijf gerstebroden en twee vissen. Het is tijd om onze onmacht en onze kleinheid onder ogen te zien en ermee naar Jezus te gaan. Voor Hem zijn we nooit te klein en hebben we nooit te weinig.

Eucharistieviering in de parochie van De H. Augustinus, in de kerken van de HH. Laurentius en Elisabeth (kathedraal), de H. Liduina (Hillegersberg) en de H. Dominicus (het Steiger), weekeinde van 24 en 25 juli 2021, om 17.00, 19.00, 09.30 uur en 11.00 uur, door plebaan Michel Hagen. A.M.D.G. – I.H.S.

Preek: B2021DHJ17B

Lezingen

E.L: 2 Koningen 4, 42-44
Psalm: Ps. 145 (144), 10-11, 15-16, 17-18
T.L: Efeze 4, 1-6
All. Vers. Cf. Efese 1, 17-18
EV: Johannes 6, 1-15

Homilie

We worden kleiner. Ik bedoel niet dat als we ouder worden we gaan krimpen, dat is ook waar, maar ik denk aan onze Kerk, die gemeenschap van Gods Volk op aarde, dat Lichaam van Christus dat in de tijd doorgaat met zijn Werk, die bruid die trouw wil zijn aan haar Heer. Hier in Europa, maar in feite overal in de moderne wereld, wordt de Kerk kleiner. Er is krimp in de Kerk.

Andersom is er ook groei; de wereldbevolking groeit nog steeds. Sociologen en andere wetenschappers maken zich er zorgen om. Want is er genoeg voedsel, drinkwater en land? Sommigen denken aan rigoureuze maatregelen om de bevolking minder te laten groeien. Tegelijk schrijven andere wetenschappers dat West Europa zonder immigratie, zonder vluchtelingen die hierheen komen, snel zal vergrijzen en dat de bevolking zal gaan krimpen. Dan horen we van andere wetenschappers dat klimaatverandering een rampenscenario meebrengt, dat het de kans op pandemieën en vluchtelingenstromen zal vergroten. Dat bovendien klimaatverandering wereldwijd gevolgen zal hebben voor voedsel en water en dat daardoor die wereldwijde bevolkingsgroei helemaal niet meer zo zeker is.

Krimp of groei … Economen denken vaak in termen van groei, maar ook daarin hoor je steeds meer tegengeluiden. Moet de economie nog wel groeien als we allemaal al meer hebben dan we nodig hebben? Meer dan het milieu aankan?

Onze tijd is ingewikkeld. Want de biodiversiteit groeit niet, integendeel, die neemt af, elke dag sterven er diersoorten uit, van insecten tot zoogdieren. Dat zijn soms natuurlijke processen, maar door de mens zijn die processen inmiddels in een grote stroomversnelling gekomen. Wat ook niet groeit is vrede op aarde. Het aantal conflicten wereldwijd groeit wel.

Als Kerk denken we vaak nog in termen van groei, maar de vraag is of we in onze tijd wel in zulke termen moeten denken. Groei is geen doel, groei is een gevolg. Een gezonde levende plant in een gezonde omgeving, met voldoende voedsel en water, zal vanzelf groeien. De vraag is of wij als Kerk op dit moment wel zo gezond zijn. Net zo belangrijk is de vraag of onze omgeving, met vooral het geestelijk klimaat, wel zo gezond is. En dan nog, nemen we wel voldoende gezond geestelijk voedsel en geestelijk gezond water tot ons, of worden we overspoeld met verkeerd eten en drinken in deze moderne wereld?

Ik schets deze situatie met het oog op het Evangelie van deze zondag. Jezus vraagt aan Filippus: “Hoe moeten wij brood kopen om deze mensen te laten eten?” Die vraag mogen we doortrekken naar onze tijd. Als Kerk staan we voor een onmogelijke opdracht. We worden ouder, kleiner en financieel minder draagkrachtig. Beschikken we zelf wel over genoeg geestelijk voedsel en hoe moeten we die enorme wereld van goed geestelijk voedsel voorzien?

Het probleem in onze tijd is zelfs nog groter dan toen. Toen kwamen mensen naar Jezus toe, ze volgden Hem omdat zij de tekenen zagen die Hij aan de zieken deed. Ze zochten hun heil bij Jezus. Maar in onze tijd zoeken mensen hun heil niet bij Jezus, maar in wetenschap en techniek, in de hoop op een aangenaam leven. Het probleem in onze tijd is nog een stuk groter dan toen.

Als Jezus dan aan Filippus vraagt: “Hoe moeten wij brood kopen om deze mensen te laten eten?”, dan staat daarbij: “Dit zei Hij om hen op de proef te stellen, want zelf wist Hij wel wat Hij ging doen”.

Geloven we dat nog? Geloven we dat God wel weet wat Hij gaat doen? Geloven we nog dat Christus zijn Kerk leidt, bestuurt, haar als een herder door de tijd begeleidt? De bekoring van onze tijd is om te denken dat God ons vergeten is, of dat we onszelf misschien vergist hebben, dat atheïsten gelijk hebben en dat geloof achterhaald is, dat God niet bestaat.

Jezus zei dit om hen op de proef te stellen. De huidige tijd en cultuur kunnen we ervaren als een beproeving. We zien dat we kleiner worden en we zien niet hoe het verder moet. We beseffen dat de wereld voor grote opgaven staat, maar dat de moraal, de ethiek veelal vervangen is door economische principes.

Andreas, de broer van Simon Petrus, merkte op: “Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen, maar wat betekent dat voor zo’n aantal?” Waarom zei Andreas dat? Had hij reeds een broodteken meegemaakt, was het eerder een losse opmerking omdat hij toch ook iets wilde zeggen? Of wilde hij juist het onmogelijke accentueren; vijf broden voor vijfduizend mannen, die ook nog moeten delen met vrouw en kinderen.

“Toen nam Jezus de broden en na het dankgebed gesproken te hebben liet Hij ze uitdelen onder de mensen die daar zaten, alsmede de vissen, zoveel men maar wilde”. Wanneer wij het kleine dat wij hebben aan Hem geven, hier vandaag in de Eucharistie, dan wordt het Dankgebed gesproken over die gaven. Jezus spreekt het Dankgebed. Eucharistie betekent dankzegging. Wij brengen niet alleen de gaven van brood en wijn naar het altaar; zij zijn ook symbool voor wat wij in het dagelijks leven proberen. Die kleine daden van goedheid, dat luisterend oor, die gift aan mensen in nood en Kerk in nood, dat telefoontje, dat moment waarop je even dat scherpe woord inslikt en je geduld bewaart. Dat zijn onze broden en vissen die we op het altaar leggen, en aan het einde van de Mis stuurt Jezus ons de wereld in om ze weer uit te delen. Dan mag in die kleine omgeving van onszelf het wonder geschieden. De groei gebeurt van binnen. Als in een kiemende zaadkorrel. De vrucht komt later, op zijn tijd. Amen.

Voorbede

Wij bidden in geloof en vertrouwen.

Wij bidden voor de Kerk wereldwijd, voor alle gelovigen bijzonder ook voor hen die vervolgd worden; dat zij in hun onmacht en problemen tot Christus naderen, om geloof en vertrouwen dat God ons nabij blijft, om vooruitgang in geloof en navolging van Christus. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze samenleving wereldwijd, in al die landen en culturen, om bezinning op dat wat werkelijk belangrijk is, om innerlijke groei die vrijmaakt van consumptiedrang, om eerbied voor het leven, voor menselijk leven en dierlijk leven, om bereidheid in luxe een stap terug te doen. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden voor onze parochie en onze parochiekernen, dat we klein durven denken, dat we los kunnen laten, dat we met wat we hebben en wat we zijn naar God gaan opdat Hij er zijn zegen aan kan geven op zijn tijd en op zijn manier. (Laat ons [zingend] bidden):

Wij bidden op voorspraak van Sint Jozef voor gezinnen in dit jaar van het gezin, dat we het geloof mogen ervaren als een kracht om kritisch te onderscheiden en steeds voor het goede te kiezen, dat we ons niet laten bepalen door hebzucht en eigen voordeel, maar dat we behoedzaam omgaan met mens en dier. (Laat ons [zingend] bidden):

Intenties

Back To Top