Jezus zegt: “Vuur ben Ik op aarde komen brengen, en hoe verlang Ik dat het reeds oplaait! (Lucas 12, 49-53). Wat voor soorten vuur kennen we? Bijvoorbeeld het vuur van de hartstocht. In deze wereld is dat vuur volkomen vrijgelaten. Het wordt zelfs aangewakkerd, want er is geld mee te verdienen. Of het vuur van het zwaard, van agressie en ideologie. Denk aan de strijd van IS tegen de Christenen. Geweld is volgens hen niet alleen geoorloofd, maar zelfs een opdracht. Of denk aan het vuur van Nazi-Duitsland en het Sovjet-communisme; radicale leugen vermengd met flarden van waarheid. Dit is een vuur dat dood en vernietiging zaait, want ook de boze, het kwaad, de duivel hanteert zijn eigen vuur.
Wat bedoelt Jezus als Hij over vuur spreekt? Om te beginnen brandt er een vuur bij Jezus in zijn eigen hart en Hij verlangt dat dit vuur ook op anderen overslaat. Vuur is bij Hem hartstocht voor God en voor de waarheid die God openbaart, vuur ook als liefde voor God en de naaste, vuur als medelijden voor hen die ongewild van God zijn afgedwaald, vuur dat opwelt uit zijn verbondenheid met God. Maar dit heilzame vuur botst met het oude vuur; het botst met het vuur van eigenbelang, met het vuur van eigen gelijk, het vuur van heerszucht, vuur van geweld en macht, het vuur van leugen en haat. Wie omwille van een makkelijke vrede alle vuur probeert te doven, zal op den duur ontdekken dat hij daarmee het leven zelf uitdooft. Wie bang is voor het goede vuur en daarom ook het vuur van Christus blust, zal uiteindelijk ten prooi vallen aan het vuur van deze wereld.
Als Jezus spreekt over vuur, dan spreekt Hij ook altijd over de Heilige Geest. We zingen: Geest die vuur en liefde zijt, Geest van wijsheid, Geest van raad, Geest van waakzaamheid en sterkte, maar Hij is ook de Geest van onderscheid, de Geest van het geweldloze getuigenis in het Christelijke martelaarschap, de Geest van Geloof, Hoop en Liefde, de Geest van huwelijkstrouw en zelfbeheersing in de seksualiteit, de Geest van matigheid in een wereld van overdaad en luxe, de Geest die alle leugen ontmaskert en overwint, de Geest van saamhorigheid en eenheid, de Geest die kracht biedt tegen bekoringen en die vrijmaakt van verslavingen.
Jezus verlangt dat dit vuur van de heilige Geest oplaait, maar tegelijk ziet Hij op tegen het moment dat het vuur van de vijand de macht krijgt; als de nacht van de doodse duisternis aanbreekt, als het kwaad de vrije hand krijgt, als de leugen Hem gevangen zet, als het geweld Hem aan het kruis slaat, als agressie en manipulatie overheersen. Dat ondergaan noemt Jezus een doopsel. Jezus moet die weg gaan om de dood waarin heel deze wereld gevangen is, te overwinnen; zijn dood wordt onze weg ten leven.
In deze wereld worden we geconfronteerd met allerlei vormen van geweld waardoor de wereld voortdurend in een vernietigende brand raakt. Wie stand wil houden binnen al dat geweld, moet een keuze maken. Wie gelooft, heeft slechts één echt alternatief, het vuur van Christus toelaten in zijn hart; zich in vuur en vlam laten zetten voor Gods weg van liefde. Een andere toekomst is geen toekomst.
Pastoor Michel Hagen