Ga naar hoofdinhoud

Met het tekenen van de akte van abdicatie, de presentatie op het balkon en de eed in de kerk mocht heel Nederland dinsdag getuige zijn van de abdicatie van Koningin Beatrix en de overdracht van het koningschap aan haar zoon Willem-Alexander. Een weekje eerder was er het interview met de prins van Oranje en zijn vrouw Máxima, nu onze koning en koningin. Een van de vragen in het interview ging over de rol van de koning en hoe hij zou staan tegenover een meer ceremoniële rol, ook wel het lintjes knippen genoemd. De opmerkelijke reactie van de prins was dat ook lintjes knippen inhoud heeft, bijvoorbeeld door de keuzes die je maakt. Hiermee doorbrak hij de wat denigrerende klank die de term ‘lintjes knippen’ inmiddels had gekregen.

Onze nieuwe koning zou geen principieel bezwaar hebben tegen een ceremonieel koningschap. Daar kan ik me iets bij voorstellen, mits deze term ook wordt ontdaan van de sfeer alsof het om iets minders zou gaan. Premier Rutte sprak over het koningschap als symbool van eenheid. Met de term symbolisch kom je dichter bij de diepere betekenis.

Koningen kom je in de geschiedenis veel tegen. Koningen waren er in de oude Germaanse stammen en overal ter wereld. Macht en de privileges die de koning kreeg moesten de koning in staat stellen te zorgen voor vrede, veiligheid en voorspoed onder de bevolking.

De visie op koningschap in onze cultuur is mede geworteld in onze religieuze geschiedenis. De verhalen over Koning Saul, koning David en koning Salomo zijn daarin veelbetekenend. Daar ontstaat een koningschap met een bijzondere symbolische waarde. Daarbij speelde de profeet Samuel een belangrijke rol. Het volk vroeg om een koning. Samuel vond dat ongepast. Maar God zei: “Geef ze een koning, want ze wijzen niet jou als profeet af, ze wijzen Mij af als hun echte koning”. Je zou zeggen: een negatief begin. God weet uit dit alles echter iets heel moois te maken. Zoals God de mens maakte naar zijn beeld, zo maakt God nu een koning als beeld van zijn eigen koningschap. Het was de eerste vorm van scheiding van kerk en staat. Samuel stond als profeet voor de kerk. David als koning voor de staat. Zo konden zij elkaar aanvullen.

David heeft zijn rol en de symboliek ervan beter begrepen dan Saul, maar ook David was niet bestand tegen alle verlokkingen van zijn hoge ambt. Uiteindelijk wordt het echte koningschap voor ons door Jezus in praktijk gebracht. Hij kon antwoorden aan Pilatus: “Koning ben ik”; een koning zonder leger of andere wereldse macht. Zijn macht is de dienst aan God en de naaste.

Bij een ceremonieel koningschap heeft de koning geen politieke macht meer, en ook geen politionele, militaire of rechtsprekende macht. Als het koningschap in Nederland inderdaad deze richting opgaat, ontstaat er opnieuw een soort scheiding, een scheiding van koningschap en overheidsmacht. Een scheiding die de koning een nieuwe beweegruimte geeft. Het zou hem waarschijnlijk veel meer vrijheid geven om te staan voor de waarden waar hij als mens voor staat. Daarmee krijgt hij ook meer ruimte om beeld te zijn van de ware Koning, van God die dit in Christus heeft laten zien.

Back To Top