Ga naar hoofdinhoud

Tijdens mijn theologiestudie op Rolduc werd een cursus Hebreeuws aangeboden. Na twee jaar Latijn en Grieks, leek me dat ook interessant. Maar de ene taal is de andere niet. Je leert opnieuw een ander alfabet, je leest van rechts naar links en ontdekt heel nieuwe werkwoordvormen. Met veel motivatie en stampwerk lukte het me om de cursus na twee jaar met goed gevolg af te ronden. Oefening baart kunst.

Het moest natuurlijk naast het gewone studieprogramma, dus toen ik mijn tentamenbriefje binnen had, ging de cursus Hebreeuws al snel opzij; andere vakken eisten nu echt alle aandacht weer op. Ik heb toen ongeveer een jaar niets meer met Hebreeuws gedaan, behalve voor de exegese vanwege de betekenis van een aantal woorden. Weer een jaar later, toen ik aan mijn scriptie begon, wilde ik een Hebreeuwse tekst erbij pakken. Het bleek dat ik de tekst amper nog kon lezen. Alles waarvoor ik twee jaar eerder nog een goed tentamen had gemaakt was diep weggezakt. Nooit eerder had ik zo gemerkt dat stilstand achteruitgang betekent. Het leek wel alsof ik van voor af aan opnieuw moest beginnen.

Wat voor taal geldt, geldt ook voor veel andere dingen. Oefening baart kunst en stilstand is achteruitgang. Dat geldt zeker ook voor ons geloof. Ik sprak laatst een al wat oudere kerkganger die vertelde dat hij jaren geleden voor een keuze had gestaan. Een aantal jaar eerder keek hij om zich heen en zag hoe de één na de ander van Kerk en geloof losraakte. Dat betrof klasgenoten, maar ook neven en nichten, allemaal hadden ze hun reden om weinig of niets meer met geloof en Kerk te doen. Op dat moment werd hij zich bewust dat als hij niet zelf een keuze maakte, hij zou wegzakken in de grijze massa. Vanaf die tijd is hij trouw naar de kerk gegaan en is weer meer over het geloof gaan lezen. Hij had gemerkt dat stilstand achteruitgang is.

Oefening baart kunst en stilstand is achteruitgang gaat niet alleen op voor mensen afzonderlijk, maar ook voor groepen, ja ook voor landen en volken. Het gaat op voor culturen en tijden. De vorige generatie gelovigen besefte beter dan nu dat de erfenis van Jezus oefening vraagt en een constante inspanning om op niveau te blijven. Zo zijn in het verleden de oefeningen van geloof, hoop en liefde en de oefening van berouw ontstaan. Het zijn gebeden die niet alleen als gebed waardevol zijn, maar ook een geestelijke oefening zijn in die deugd, een oefening voor hoofd, hart en verstand. Natuurlijk kan je geloof, hoop, liefde en berouw niet alleen oefenen door een gebed. Voordat we echter in staat zijn het in het gewone leven in de praktijk te brengen zullen ons hoofd en ons hart overtuigd moeten zijn van het belang.

In 2002 hoorde ik Paul Schnabel van het het Sociaal Cultureel Planbureau antwoord geven op de vraag: “Hoe word ik een goed mens?” Hij zei: “Nu, doe er eens een tijd eentje na”. “Hoe word ik een aardig iemand? Doe er eens een tijd eentje na”. Ik heb dat altijd een mooie vertaling gevonden van wat wij verstaan onder “Navolging van Christus”. Blijven doen, oefenen, en op zijn weg blijven. Want stilstand is achteruitgang, maar oefening baart kunst.

Pastoor Michel Hagen

Back To Top