Ga naar hoofdinhoud

Preek Hoogfeest van Pasen, 4 april 1999

Jezus noemt een mens dood, als die de band met de echte diepte van zijn bestaan kwijt is en daarmee ook de diepte met het bestaan van de ander kwijt. Met Jezus kunnen we terugkomen 'als herboren', 'als een ander mens', als een mens die ziet en hoort wat anderen nodig hebben, die goed zegt en goed doet, als een mens die dood was, maar weer leeft en op weg gaat in Gods liefde.

Preek tijdens de Paaswake (gezinsviering), jaar A, 3 april 1999

Kan uit oorlog en geweld nog iets goeds komen? Voor wie gelooft, mag het antwoord alleen “ja” zijn. Niet omdat een oorlog uit zichzelf ooit iets goeds kan bewerken, maar omdat als wij met God meewerken het goede zal overwinnen, omdat God steeds iets nieuws zal scheppen.

Preek op Witte Donderdag, 1 april 1999

Jezus heeft zich laten vernederen om ons een voorbeeld te geven. Als God in zijn Zoon de zwaarste vernedering draagt. Dan kunnen wij ons nergens meer achter verschuilen.

Preek 4e zondag Veertigdagentijd (Laetare), jaar A, 13/14 maart 1999

Bij het vormsel gaat het om verlangen naar de Geest van God. Voor een definitieve keuze voor God. Om vervulling met de Heilige Geest. De Geest die ons de ogen opent voor Gods aanwezigheid, voor de nood van de ander, voor kansen op vrede, de Geest waardoor wij zicht krijgen op een heilzame toekomst, de Geest die ons tot mensen maakt die licht zien in een duistere wereld.

Preek Aswoensdag, 17 februari 1999

De veertigdagentijd is een tijd om te bezinnen op wie we echt zijn. De mens achter het masker en de status. We zullen alleen ontdekken wie wij zijn, als we God als Vader aanvaarden, als we God de ruimte geven, als we ons door God laten onderwijzen.
Back To Top