Ga naar hoofdinhoud

Wat doe je bij ruzie, bij heftige meningsverschillen? Wat doe je als je ziet dat iemand de fout ingaat. Over dit onderwerp geeft Jezus een bijzondere opdracht: “Wanneer uw broeder gezondigd heeft, wijs hem dan onder vier ogen terecht” (Matteüs 18, 15-20). Jezus spoort ons aan om tactvol te zijn en voorzichtig. Hij zegt: “Spreek onder vier ogen”; dus niet in het bijzijn van iedereen, niet met een hoop tumult. Het betekent dat je een goed moment moet uitkiezen, de goede woorden en de goede omstandigheid. Alles moet in en vanuit de liefde gebeuren.

Deze opdracht van Jezus wordt in de Kerk aangeduid met de term “correctio fraterna”; de broederlijke of zusterlijke correctie. Deze correctio fraterna is een groot goed in de Kerk. Een gemeenschap rondom Christus staat open voor zo’n correctie. Dan bestaat er geen onderscheid tussen groot of klein, man of vrouw, geleerd of eenvoudig, jong of oud.

Daarbij spreekt Jezus over zonde. Hij zegt: “Wanneer uw broeder gezondigd heeft”. Het gaat dus niet zomaar om een karaktertrek of gewoontes waar jij je soms aan stoort. Het gaat Jezus om de ander in relatie met God. De correctio fraterna betekent hulp bieden aan de ander om terug te keren naar God en de gemeenschap en de weg met God te blijven bewandelen. Het past dus bij de parabel van het verloren schaap (Lucas 15, 3-4).

Bij Jezus speelt de gemeenschap een belangrijke rol. Hij wil dat we met een correctio fraterna een ander bij de gemeenschap houden. Het gaat Hem om een gemeenschap van geloof, gebed en van liefdevolle omgang met elkaar. Het gaat Hem om een gemeenschap waarin het gedrag past bij een innerlijke houding van overgave aan God; de liefde voor God en de naaste. Die gemeenschap is zijn Kerk en die gemeenschap is voor God van groot belang. God staat achter die gemeenschap. Dat blijkt uit wat Jezus daarna in deze tekst zegt: “Wat gij zult binden op aarde zal ook in de hemel gebonden zijn, en wat gij zult ontbinden op aarde, zal ook in de hemel ontbonden zijn.” God staat achter zijn gemeenschap op aarde, zijn Kerk. De eerste opdracht is dat de Kerk zelf zich gedraagt naar het voorbeeld van Christus.

Wij mogen zo Kerk zijn, in geloof, hoop en liefde, in wijsheid en geduld, in takt en voorzichtigheid, maar ook in kracht en trouw, met doorzettingsvermogen en inzet, met wegcijferen van eigenbelang, met fatsoen en openheid. Gewoon leerling van Christus zijn zoals Hij het heeft voorgeleefd.

Plebaan Michel Hagen
Katholiek Nieuwsblad #17 – Week 36 2023

Back To Top