Ga naar hoofdinhoud

Jullie weten ongetwijfeld dat de “State of the Union” jaarlijks in januari wordt gehouden door de president van de Verenigde Staten, gericht aan de leden van het Amerikaanse Congres. Hij behandelt dan de staat van het land. Die toespraak is min of meer te vergelijkbaar met Troonrede op de derde dinsdag van september. Wat de datum en het land betreft zitten we daar wat dichter bij. Wat me ontbreekt is natuurlijk die troon. Ik weet ook niet of we elk jaar in staat zijn een rede te houden in die zin, dat we de staat van onze parochie kunnen bespreken. Maar een paar gedachten wil ik vandaag wel met u delen.

We zijn al bijna vijf jaar op weg als parochie H. Augustinus. Er is veel gebeurd, niet alleen wat werk betreft, maar ook binnen werkgroepen, pastoraatgroepen, beheercommissies en het bestuur. Er zijn al heel wat gezichten gewisseld en daarbij treedt ook de ervaring op dat het opnieuw invullen van een vacature soms veel tijd en energie vergt.

Het is een zichtbaar teken van de fase waarin we als kerk zijn beland. We zitten midden in de transitie, om hier het woord overgang niet voor te gebruiken. Er spelen in onze tijd meer transities, met name de transitie van een verspillende verbruik-en-afval-economie naar een duurzame economie waarin alles hergebruikt wordt. Voor die transitie is de techniek reeds lang voor handen. Maar die transitie moet eerst en vooral plaatsvinden in ons hoofd, in ons hart en vervolgens in onze handen, zoals paus Franciscus met andere woorden in zijn inmiddels beroemde milieu-encycliek Laudato Si betoogt.

Dat geldt ook voor de transitie waar wij als Kerk in zitten. Het voert te ver om hier een uitgewogen schets te geven van de moderne cultuur. Maar met een paar trefwoorden, krijgt u toch een indruk van de complexiteit van het vraagstuk: individualisme, mondiale economische macht, overdreven vertrouwen in de wetenschap, maakbaarheidsdenken, scheiding van moraal, wetenschap en techniek, een amusementscultuur, consumentisme, relativisme, een zich mondiaal ontwikkelende trend die via agnosticisme en ietsisme tendeert naar atheïsme. Om binnen die cultuur het geloof te verkondigen, valt niet mee.

In de studie “God in Nederland”, worden we hardhandig uit de droom gehaald; mochten de rasoptimisten, waar ik zelf ook wel bij hoor, denken dat dit een probleem is dat met wat creativiteit en inzet wel opgevangen kan worden. Ton Bernts, de mede-opsteller van dit rapport, heeft voor ons bestuur en pastoraal team een korte samenvatting geboden van deze studie. Wat hij zelf als een heel belangrijke conclusie typeerde is het verschil in de lange termijn trend en de korte termijn trend. Wij mensen kijken binnen onze generaties en zien soms een opwaartse beweging en dan weer een neerwaartse. Maar voor een onderzoek als dit, moet je verder kijken. De korte termijn trend maakt al niet optimistisch, maar je zou nog kunnen denken dat het zomaar weer ten positieve om kan keren. Kijk je echter naar de lange termijn trend, en dan komen al deze trefwoorden van zojuist om de hoek kijken, dan is er een onbarmhartige ontwikkeling, waarin de kerken met hun ooit dominante positie tot een maatschappelijk randverschijnsel wordt gereduceerd.

Mondiaal is hierin tot nu toe een grote ongelijktijdigheid geweest. Frankrijk bevond en bevindt zich na de Franse revolutie in een andere fase dan Polen. Zuid Amerika bevond en bevindt zich in een andere fase dan Rusland. Het Christelijke Westen bevond en bevindt zich in een andere fase dan het Islamitische Oosten. Maar die ongelijktijdigheid wordt snel kleiner door de ontwikkelingen in de razendsnelle communicatie, de wereldhandel en de mondiale verhoging van de algemene welvaart.

Wie denkt dat hij met een vrolijke Mis zonder moeilijke woorden of gedachten de kerk weer vol krijgt, is naïef. Kleine voltreffers die je soms aantreft, zijn bijna altijd lokaal, persoonsgebonden, tijdelijk en over het algemeen niet te kopiëren naar je eigen situatie. Ook het enorme succes van de Alpha cursus is langzaam aan zijn einde gekomen. We keren terug naar de situatie die we gekend hebben in de eerste eeuwen van het Christendom. De tijd voor Constantijn de Grote. Toen omvatte het Christendom hooguit tien procent van de bevolking van het Romeinse Rijk. Na Constantijn is dat percentage razendsnel gegroeid omdat het Christendom staatsgodsdienst werd. De ingezette scheiding van Kerk en staat die zich wereldwijd zal voortzetten, zal voor de toekomst zowel het behoud van de Kerk zijn alsook de katalysator van het proces van ontkerkelijking van de samenleving, omdat de cultuur niet langer het kerkelijk leven ondersteunt. In de toekomst moeten we er rekening mee houden dat negentig procent van de bevolking zich nestelt in de bestaande dominante cultuur, waarin religie net zozeer een marktproduct zal zijn als al het andere en hooguit tien procent van de bevolking in staat zal zijn een afwijkend standpunt in te nemen. Dat betekent dat Katholieken, Protestanten, Joden, Hindoes, Moslims en andere religies, samen niet meer dan tien procent van de bevolking zullen uitmaken. Dus. Dit is de state of the Church.

Maar dat is niet alles. Ik zei dat we in een transitie zitten die veel verder reikt dan de grenzen van onze parochie, verder dan de grenzen van ons bisdom, van ons land of van Europa. Ooit bleef Gods Volk vierhonderd jaar in Egypte. Na die tijd moest er een bevrijding komen, een bewustwording van de situatie en een wegtrekken uit de slavernij. Dat ging met veel weerstand, moeite, onbegrip, opstand, verdriet en boosheid gepaard en besloeg meer dan een generatie.

Ook wij zitten in een proces dat eeuwen omvat, maar we kunnen niet meer uit een mondiale trend wegtrekken. Egypte en de macht van farao is nu overal. Jezus was zijn tijd ver vooruit en zal dat ook altijd zijn. Hij wijst ons de weg van het ‘in de wereld zijn’, zonder het ‘van de wereld zijn’. Hij schrok ook niet omdat Hij met een kleine groep opnieuw moest beginnen. Zijn geheim is verrijzenis, opstaan met een kracht die voorbij de dood reikt, ook voorbij de culturele, morele of religieuze dood. Jezus wil ons laten delen in dat geheim in de liturgie van de sacramenten, zodat wij de kansen zien die elke tijd opnieuw biedt, zo maakt Hij zijn Kerk tot licht van de wereld en zout in de wereld.

In feite is dat volgens mij de echte transitie waarin we zitten. We komen uit een dominante Constantijnse Kerk met grote gebouwen, mondiale instituties zoals orden en congregaties, enorm veel en mooi werk op het vlak van gezondheidszorg, ziekenhuizen, scholen en sociale instellingen. We keren terug naar de tijd van de eerste Christenen, voor Constantijn. We moeten het grote denken, de mentaliteit van het Rijke Roomse Leven, achter ons laten en terugkeren naar de mentaliteit van de apostelen, de eerste generaties na Jezus’ verrijzenis.

Die transitie moet plaatsvinden in ons hoofd, in ons hart en vervolgens in onze handen. Enerzijds zijn we gehouden voort te zetten wat bestaat, ten dienste van de huidige generatie. We moeten de erfenis goed beheren en voortzetten waar dat mogelijk is. Tegelijk moeten we innerlijk veranderen en met een nieuwe instelling kijken naar de kansen die de moderne tijd ons biedt. Wat voor mogelijkheden bieden individualisme, relativisme en amusement? Wat voor kansen biedt het atheïsme, als kenmerk van de nieuwe cultuur, in de toekomst? Wat is die zekerheid van de wetenschap en waar zijn de raakpunten met ons geloof?

Tegelijk toont onze huidige paus Franciscus nu al de richting aan. Een arme Kerk, die als een veldhospitaal aanwezig is in een wereld zonder God. Een gemeenschap waarin geloof, hoop en liefde de dragende kracht is, met een liturgie, waarin de mens werkelijk tot ontmoeting komt met God. Innerlijkheid, zuiverheid en trouw tot in de dood, als onderscheidende kenmerken in een wereld die in zulke dingen niet meer gelooft. De transitie is al begonnen.

Pastoor Michel Hagen
Oegstgeest, vrijdag 9 september 2016

Back To Top